Nagelaten gedichten(1943)–Karel van de Woestijne– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 47] [p. 47] In Memoriam Jean Moréas IV O trouwe vriend...aant. O trouwe vriend der oude dagen die me in uw armen hebt gedragen zoo vaak, en op mijn mond de vragen met uwe dichte zoenen sloot; die, om mijn zieke hoofd gebogen, in 't spijtig staren van mijn oogen de deernis van uw mededoogen liet dalen: schoone, bleeke Dood. O Broeder die, - toen brooze weelden me omstraalden, en mijn wangen streelden een stond, en vloden, - dúurge beelden als zustren aan mijn zijde liet; zij zwegen, maar haar streelend nijgen liet vrede om mijn mistroosten zijgen; haar aêm was rustig, en haar zwijgen was schooner dan een liefde-lied... Vorige Volgende