Van AEgir tot Ymir. Personages en thema's uit de Germaanse en Noordse mythologie
(2000)–A. Quak, Paula Vermeyden– Auteursrechtelijk beschermdValhöll(on. Valhöll; du. Walhalla), Odins hal, waar helden en krijgers die op het slagveld gevallen zijn, na hun dood naartoe gaan. Beschrijvingen zijn fragmentarisch door de teksten verspreid. De uitvoerigste beschrijving vinden we in de Snorra-Edda. De naam van Valhöll (hal der gevallenen) hangt nauw samen met de functie van de hal: onderdak verlenen aan gevallen krijgers. De gevallen krijgers op het slagveld heetten de ‘valr’. Het woord hangt samen met het werkwoord ‘velja’, kiezen. Men geloofde namelijk dat de strijders die na hun dood in Valhöll kwamen, daartoe door Odin waren uitverkozen, ‘en daarom heet Odin ook Valfödr (vader van de “valr”), want allen die op het slagveld vallen, zijn zijn uitverkoren zonen’ (SnE. i, 20). Zij zijn namelijk degenen die de goden tijdens Ragnarök tegen hun vijanden moeten bijstaan. In Valhöll oefenen zij zich dagelijks voor deze definitieve slag. De oudste tekst die het verblijf van Odins strijders in Valhöll in verband brengt met Ragnarök, is het gedicht Eiríksmál (Het lied van Erik) dat een anonieme skald na de dood van de Noorse koning Erik Bloedbijl in 954 op verzoek van koningin Gunnhild dichtte. In dit vers zegt Odin dat hij Erik naar Valhöll haalde ‘omdat het niet zeker is wat er zal gebeuren als de grijze wolf de woningen der goden zal aanvallen’, m.a.w. omdat hij hulp nodig heeft. Eenmaal in Valhöll aangekomen heten de krijgers Einheri's (zij die samen één leger vormen) en hun leider Odin draagt de naam Herjann (aanvoerder). Het aantal krijgers waarover hij uiteindelijk zal kunnen beschikken is groot: als ze de wolf gaan bestrijden zullen door ieder van de 640 deuren van Valhöll 800 Einheri's tegelijk naar buiten komen. De hal is van stralend goud en hij staat in Gladsheim (vreugde-wereld), Odins woongebied in Asgard aan de voet van de wereld-es. De poort die toegang biedt tot het terrein heet Valgrind (dodenpoort) en niemand weet op welke manier deze oude poort wordt afgesloten (Grímnismál [Het lied van Grimnir] 22). Speerschachten vormen de daksparren van de hal en het dak is met gouden schilden gedekt. Buiten voor de deur is een bosschage of een boom met roodgouden bladeren, die Glasir heet. Boven de deur hangt volgens Grm. 10 een arend en naast de deur een wolf. Men kan zich afvragen boven welke deur die arend hangt, want verderop in hetzelfde gedicht wordt verteld dat de hal vijf maal honderd plus veertig deuren heeft. Als men uitgaat van het zgn. ‘groothonderd’ (= 120), heeft de hal 640 deuren. Op het dak van de hal staat de geit Heidrun, uit wier uier de mede stroomt die door Odins krijgers gedronken wordt. Eveneens op het dak bevindt zich het hert Eikthyrnir. De geit en het hert voeden zich met de takken van de boom Laerad. Ze produceren beide onuitputtelijke overvloed: zoals de mede die de geit levert nooit opraakt, zo welt uit het gewei van het hert het water dat de bron Hvergelmir voedt. Vanuit deze bron stromen rivieren naar alle werelden, die van de goden, de mensen en de doden. Binnen op de banken liggen maliënkolders verstrooid. Zwaarden zorgen er voor de verlichting. Hier drinken de Einheri's 's avonds de mede en ze | |
[pagina 203]
| |
eten het vlees van het everzwijn Saehrimnir, dat volgens Snorri al even wonderbaarlijk is als de geit Heidrun: iedere ochtend wordt hij door de kok Andhrimnir in de ketel Eldhrimnir gebraden en 's avonds is hij weer klaar voor verwerking. De gastheer in deze hal is Odin en hij leeft van wijn alleen (SnE. i, 2, 38-40; ii, 41, 42; Grm. 8-9, 18, 22, 23-26).
Het diep onder de aarde gelegen verblijf van de doodsgodin »Hel en Odins hemelse burcht Valhöll zijn twee voorstellingen van het dodenrijk die waarschijnlijk vrij jong zijn, niet veel ouder dan de vikingtijd. Het aanbrengen van dieren(schedels), in dit geval een arend, boven de deur is volgens De Vries een oud gebruik. Hij wijst ook op een al bij Jacob Grimm geciteerde passage van een monnik, Richerus van St.-Remy (tweede helft 10e eeuw), die meldt dat op de geveltop van het paleis van Karel de Grote een vliegende arend was aangebracht. De poort Valgrind staat volgens Grm. 22 voor een heilige deur. Aangezien de strofe er een is van een reeks strofen die Valhöll beschrijven, neemt men aan dat het de naam van de poort van Valhöll is. Toch twijfelen sommigen en willen zij Valgrind veeleer zien als de poort naar het rijk van Hel (vgl. Nagrind of Helgrind, dodenpoort). Zowel de geit Heidrun als het hert worden gezien als varianten op de oerkoe Audhumla, die »Ymir met haar melk voedde. De mede uit Heidruns uier zou, als in oosterse mythologieën, een onsterfelijkheidsdrank zijn, die ‘heiðr’ heet. Daarom heet de wereld-es die wordt overgoten met ‘wit vocht’, dat door De Vries als offermede geïdentificeerd wordt, ‘heiðvanr’ (aan ‘heiðr’ gewend), de geit Heidrun (vriendin van ‘heiðr’) en een schedel waaruit vocht drupt dat Odin runenwijsheid verleent ‘Heiddraupnir’ (‘heiðr’-druppelaar’). Anderen zijn van mening dat de naam nog niet bevredigend verklaard is en wijzen op overeenkomsten met de geit Amaltheia uit de Griekse mythologie, wier melk de jonge Zeus dronk, terwijl hij later uit een van haar horens een hoorn van overvloed maakte. De geit wordt nog genoemd in één ander eddagedicht, Hyndluljóð (Het lied van Hyndla). Afbeelding van Valhöll in het geïllustreerde handschrift van de Snorra-Edda van Brynjólfsson (18e eeuw)
| |
[pagina 204]
| |
Het hert Eikthyrnir wordt evenals Heidrun gezien als een variant van de oerkoe Audhumla. Snorri's mededeling in SnE. i, 39 (naar Grm. 26) dat het gewei van dit hert op het dak van Valhöll de oerbron Hvergelmir van water voorziet, valt niet goed te rijmen met Snorri's verhaal over de oerbron die er al was, lang voor de aarde (en dus ook Valhöll) gemaakt werd (SnE. i, 4). De namen van kok, ketel en ever heeft men met het woord ‘hrím’ in de betekenis van ‘roet’ in verband gebracht. De steeds herlevende ever Saehrimnir heeft parallellen, allereerst bij Snorri zelf in het verhaal over de bokken van »Thor (SnE. i, 44), maar ook buiten IJsland, o.a. in Ierland (De Vries 1970 ii, § 582, noot 1). Volgens De Vries hebben we hier te maken met een Luilekkerlandmotief. Laerad is, naar men aanneemt, een andere naam voor de wereld-es. De betekenis van de naam is problematisch. De meest voor de hand liggende betekenis is ‘hij die schade veroorzaakt’ (uit ‘lae’, onheil, kwaad, en ‘ráða’, bedenken, aandoen). Deze betekenis past echter niet goed bij een hemelse boom, die al even hemelse creaturen voedt. Glasir, het verder onbekende bos met de gouden bladeren, wordt ook genoemd in het gedicht Bjarkamál dat de dichter Thormod Kolbrunarskald in de nacht vóór koning Olaf de Heilige op Stiklastadir viel (1030) voordroeg. Uit de samenhang kan een ‘wat of waar’ niet worden opgemaakt; er staat slechts dat goud ‘glanzend loof van Glasir’ genoemd kan worden (SnE. ii, 56). In ieder geval was het begrip geen verzinsel van Snorri. In alle teksten betekent Valhöll ‘hal der gevallenen’, maar het is mogelijk dat het woord in ouder tijd ‘berg der gevallenen, dodenberg’ heeft betekend. In Zuid-Zweden dragen enkele heuvels of rotsen waarin naar men meende de doden verbleven, de naam ‘Valhall’. Een ‘hallr’ is een rots. Het is mogelijk dat we hier te maken hebben met een ouder begrip ‘valhallr’, dat het geloof uitdrukte dat de doden in bergen woonden (zie ook »Hel), en dat Valhöll pas in de vikingtijd tot de stralende vorstenhal uit de teksten werd. Magnus Olsen heeft gesuggereerd dat het idee van het paleis met de vele deuren gebaseerd zou kunnen zijn op verhalen (of reminiscenties aan verhalen) van geïmponeerde reizigers uit het Noorden die het Romeinse Colosseum hadden gezien, en misschien zelfs gladiatorengevechten, die tot het beeld van de eeuwig vechtende Einheri's zouden hebben kunnen inspireren. Op de Gotlandse beeldstenen ziet men regelmatig een krijger te paard, een dame met drinkhoorn en een bergachtig uitziende hal afgebeeld. Men interpreteert deze voorstelling als de aankomst van de dode krijger in Valhöll.
In de geïllustreerde jonge handschriften van de Snorra-Edda vinden we ook afbeeldingen van Valhöll: het 17e-eeuwse am 738 4to (Reykjavík) toont Valhöll als een paleis met vele torentjes, met een dwars erdoorheen groeiende Yggdrasil, compleet met geit en hert, Heimdall in de deur en een vaandel in top, en het 18e-eeuwse handschrift nks 1867 4to toont een soort renaissancegebouw met een laag aarde erbovenop, waarop Yggdrasil en de geit staan. In de Ny Carlsberg Glyptotek te Kopenhagen bevindt zich een fresco van Stephan Sinding uit 1886-87, waarop Valhöll en de goden zijn te zien. De Duitse naam ‘Walhalla’, die ook in Nederland werd overgenomen, is een 18e-eeuwse creatie, waarschijnlijk op grond van Latijnse vertalingen. Op de Noordse mythologie gebaseerd is Richard Wagners ‘Walhall’, al dragen zijn goden geen Noordse namen. In de titel van het tijdschrift Walhalla (München 1905-13) is het walhalla een symbool van Germaans heidendom. De Deense stripserie uit de jaren '70 en '80, Valhalla van Peter Madsen, in het Nederlands vertaald als Walhalla (Vertellingen uit het godenrijk; Haarlem 1982), gebruikt in een vrolijke mengeling motieven uit mythologie en saga's. Valhöll en de goden spelen ook een rol in de Britse film erik the viking uit 1988-89. Weinig met goden te maken hebben het Walhalla bij Regensburg en het gelijknamige museum op het Scilly-eiland Tresco in Zuidwest-Engeland. Het Walhalla bij Regensburg, dat tussen 1830 en 1847 door L. von Klenze voor koning | |
[pagina 205]
| |
Ludwig i van Beieren werd gebouwd, is een erehal waarin de afbeeldingen van grote Duitsers en een enkele Nederlander te zien zijn, o.a. Willem de Zwijger, Erasmus, Hugo de Groot en Maarten Tromp. Het Engelse Walhalla bevat boegbeelden van gezonken schepen. In de literatuur zijn er gedichten van Hoffman von Fallersleben, ‘Walhalla, Walhalla, was soll denn das sein?’ (1842) en H. Rebenstock, ‘Walhalla der Menschheit’ (1847). K. von Gerstenberg schreef het toneelstuk Walhalla der Heiligen (1873). Einarsson 1965; Marold 1972; Olsen 1931-32; Sturtevant 1952; De Vries 1970 ii, § 582. |
|