Gedichten (2 delen)
(1991)–Joannes Six van Chandelier– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 737]
| |
[430] Aan D.D.aant.Wanneer ik deerlik kreun, van steekingh in de milt:
Neen seit D -, het steekt veel eer, in uwe vilt.
Hoe kent hy dat? hy selve is siek, aan dit gebrek:
Hy meint een ander is, als hy, een groote gek:
5[regelnummer]
Gelyk de geelsucht, aan den sieken, geen verscheel
Van verw toont, maar verbeeldt syne oogen alles geel.
Ai dat men hem, helaas, by meester Sasbout lei,
Om 't hoofd te snyden, van die oude reutelkei.
|
|