Gedichten (2 delen)
(1991)–Joannes Six van Chandelier– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 202]
| |
[118] Vaar wel, aan t Spa.aant.Wanneer het hondsch gestarnt de menschen schynt te blaaken,
Zoo raadt Hippokrates d'Apteek niet aan te raaken.
Maar Spaas gesonde Nimf, meestresse in artseny,
Genas, in 't heetste van het jaar, myn sieke sy.
5[regelnummer]
Alsoo wanneer de kat, en geile kaater krollen:
Wanneer, in 't dorren van den herfst, de blaaders rollen,
Waar 't geensins oorberlyk het kraakende ingewand
Te roeren, met een drank, uit d'Apoteekers hand.
Maar deese heilbron, die mistroostigen weldaadight,
10[regelnummer]
Geist sieken, zoo maar 't weer met drooghte begenaadight.
O heldre putsafier des heilgen Nimfs kapel,
Ik offer voor uw heil, en wensch, vaar eeuwigh wel.
|