De Tweede Plaat
Verbeelt ons vyf FIGUUREN, waar van de
1. Een Arm van een Kind vertoont, in wiens hand onthouden werd een [fungus] Campernoelje, dewelke van my gevonden is op een stuk vlees van een Mensch, verbeeldende een kleene Nageboorte.
A. |
Een vliesgelykende uytspanzel, 't welk het vlies Chorion niet qualyk gelykt. |
B. |
Een Campernoelje, een kleen Moerkoekje niet qualyk gelykende. |
De II. FIGUUR verbeeld een stuk van de Herssene uyt een Mensch, langs wiens oppervlakte boven het dunne Harssen-vlies veel blaasjens werden gezien van verscheyde forme, verbeeldende niet onaardig eenige watervaten; deze egter zyn niet anders, als afwykingen en verheventheden van 't Spinneweb gelykende vlies (Tunica Arachnoidea) welke verheventheden haar opdoen, als men behendig met een blaas-pypje tusschen het Spinnewebs wyze en dunne Harssen-vlies blaast. Myn voorneemen was wel deze Harssene te bewaren; maar nadien het my onmogelyk was, de wint te houden in deze verheventheden of valsche vaatjens, heb ik dezelve niet bewaart. Ziet verders hier over na myn Anatomische Programma, 't welk van de Somer in druk is uytgegaan, waar in ik gezegt hebbe, nooyt eenige opregte Watervaten in Harssene, nog in deszelfs vliezen gevonden te hebben, en dat ik my ook zeer veel zal verpligten aan hem, die my 't minste takje van een waar watervat (Vas Lymphaticum) voorzien met twee tegens den andere staande Klapvliesjens, zal aanwyzen.
A. |
Een gedeelte van de Harssene. |
B. |
Zoo genoemde, dog valsche Watervaten. |
De III. FIGUUR wyst ons aan een stuk van 't buykvlies van een waterzugtige Vrouw, 't welk vervult is van waterblaasjens.
A. |
Een stuk van 't buykvlies. |
B. |
Waterblaasjens. |