Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken(1744)–Fredericus Ruysch– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 235] [p. 235] Verklaring der figuuren Van de eerste tafel. De I. Figuur. Wyst aan het balzakje van een mensch, na deszelfs opblazing en droogmaking boven aan geopent. A.A. De kokertjes en wortels van de hayren, zig meer uytzettende als de huyd-kliertjes. B. De kokertjes en wortels van de hayren, van de huyd-kliertjes berooft. C. Het vet in 't bovenste gedeelte van het zakje. D. Het middelschot, het zakje in twee deelen verdeelende. De II. Figuur. Vertoont het bovengemelde schot, voorzien met ontallyke bloedvaten, en opgedroogt. E. Het vet in celletjes gesloten. F. De bloedvaten door het schot verspreyd. De III. Figuur. Betekent het inwendige gedaante van een moot van het gezegde opgedroogde zakje. G. Vertoont de vleezige vezels. H. De vet-celletjes door wind uytgespannen. De IV. Figuur. Het net-wyze lichaam van Malpighius, onder de opperhuyd geplaatst, door het vergroot-glas ontdekt. De V. Figuur. Een hoop van tepels-wyze uytsteekzels aan de huyd zittende, door het vergroot-glas ontdekt. De VI. Figuur. Het gemelde net-wyze lichaam tweemaal grooter als natuurlyk. De VII. Figuur. Een hoop van tepels-wyze uytsteekzels, de natuurlyke groote tweemaal overtreffende. Vorige Volgende