Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken
(1744)–Fredericus Ruysch– Auteursrechtvrij
[pagina 37]
| |
Register Van de aanmerkingen.I. Aanmerking.Een wonderbaarlykeGa naar voetnoot(a) steensnyding in een Vrouw van 80 Jaaren. | |
II. Aanmerking.Een gevaarlykeGa naar voetnoot(b) uytspatting van de slag-ader aan de arm, gelukkig genezen. | |
III. Aanmerking.Een Breuk van deGa naar voetnoot(c) Knieschyf, van een aanmerkenswaardige oorzaak. | |
IV. Aanmerking.Een Breuk van twee beenderen van deGa naar voetnoot(d) Voorhand, na drie jaaren nog niet vastgegroeyt. | |
V. Aanmerking.Een ontblooting van 't Hoofd-been, alhoewel van de lugt zwartagtig geworden, edog zonder zigtbaare scheyding van schilfers herstelt. | |
VI. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(e) vliezige slym-prop van de Baarmoeder. | |
VII. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(f) hardagtige en mismaakte Lyfmoeder, dewelke in groote zeer toegenomen, uyt de schamelheyd hing. | |
VIII. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(g) Water-blaas van een Schaap, gelyk als in twee deelen verdeelt. | |
IX. Aanmerking.Een waareGa naar voetnoot(h) Lyfmoeder dikmaals uyt het lighaam schietende. | |
X. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(i) omkeering der Lyfmoeder van de Baaring. | |
XI. Aanmerking.Een kind door een wonderlykeGa naar voetnoot(k) ineendraying van de navel-streng gedood. | |
[pagina 38]
| |
XII. Aanmerking.Een quaadeGa naar voetnoot(a) Zweer van de Baarmoeder. | |
XIII. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(b) pisvloed van qualyk gestelde nieren. | |
XIV. Aanmerking.Een exempel van eenGa naar voetnoot(c) dubbelde bevrugting. | |
XV. Aanmerking.Een doodelykeGa naar voetnoot(d) opstopping van het water, veroorzaakt door steenen die in deGa naar voetnoot(e) Pisleyder zaten. | |
XVI. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(f) uytbarsting van deGa naar voetnoot(g) Eyerstok, na eenGa naar voetnoot(h) ryp ettergezwel in de buyk al te diep geopent. | |
XVII. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(i) waterzugt van deGa naar voetnoot(k) Eyerstok in een Vrouw. | |
XVIII. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(l) hayragtig gezwel in 'tGa naar voetnoot(m) Net gevonden. | |
XIX. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(n) Aam- of Kort-borstigheyd, veroorzaakt door verstopping en uytzetting van de blaasjes van de Long. | |
XX. Aanmerking.Het zelve quaal voortgekomen wegens verstopping van de blaasjes van de Long. | |
XXI. Aanmerking.Het zelve ongemak ondervonden in een Jongetje. | |
XXII. Aanmerking.Een wonderlyke baaring, in welke een ongewoone sluyting van de wegen, egter door de konst ontslooten. | |
XXIII. Aanmerking.De schamelheyd van een dogtertje monstreus geconformeert. | |
XXIV. Aanmerking.Een gedeelte van de Lyfmoederszyde in de baaring uytschietende. | |
XXV. Aanmerking.Een uytschietende mond van de Lyfmoeder in de baring. | |
XXVI. Aanmerking.Een door de baaringGa naar voetnoot(o) omgekeerde baarmoeder, door een onbedreeve hand doodelyk verwekt. | |
[pagina 39]
| |
XXVII. Aanmerking.Een waterzugt, bestaande uyt een menigteGa naar voetnoot(a) waterblaasjes, die in een zak beslooten waren. | |
XXVIII. Aanmerking.Bastart zuygers, uyt deGa naar voetnoot(b) nageblevene moerkoekjes in de Lyfmoeder na de verlossing. | |
XXIX. Aanmerking.Een klomp van geronneGa naar voetnoot(c) bloedige stoffe, zomtyds een zuyger verbeeldende. | |
XXX. Aanmerking.Een afzetting van een kancreuseGa naar voetnoot(d) roede. | |
XXXI. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(e) gal-blaas van binnen in celletjens verdeelt, en met een steenagtige korst bezet. | |
XXXII. Aanmerking.OpgestopteGa naar voetnoot(f) maanstonden van een vlies dat de vrouwelykheyd toesloot, en door een sneede van de zelve ontlast. | |
XXXIII. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(g) moerkoek in de waterblaasjens verandert. | |
XXXIV. Aanmerking.Een Lendene gezwel van een kindje met een inGa naar voetnoot(h) tweegespleten ruggegraat. | |
XXXV. Aanmerking.Het zelve ongemak in 't onderste gedeelte van 'tGa naar voetnoot(i) heylig been gevonden. | |
XXXVI. Aanmerking.Diergelyk doodelyk gezwel in de Lendene van een Meysje. | |
XXXVII. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(k) bederving der ribbens door eenGa naar voetnoot(l) slag-ader gezwel, van de grooteGa naar voetnoot(m) slag-ader. | |
XXXVIII. Aanmerking.Een monstreuseGa naar voetnoot(l) slag-ader gezwel. | |
XXXIX. Aanmerking.Een doodelykGa naar voetnoot(n) hard gezwel van de maag. | |
[pagina 40]
| |
XL. Aanmerking.Een veranderdeGa naar voetnoot(a) hoofdpyn, door een gezetteGa naar voetnoot(b) etter-dragt in de nek ophoudende, dezelve weggenomen zynde, quam wederom, en dat dikmaals. | |
XLI. Aanmerking.Een groote uytvloeying vanGa naar voetnoot(c) water door het openen van eenGa naar voetnoot(d) Lies-gezwel, door een particuliere konst tegengehouden. | |
XLII. Aanmerking.Een zeer grooteGa naar voetnoot(e) bloedvloed uyt een zweer van deGa naar voetnoot(f) roede, wel door een ligte, maar byzondere konst tegengehouden. | |
XLIII. Aanmerking.In een dood lighaam van een Kraamvrouw, met een gapende mond van de Lyfmoeder en 'tGa naar voetnoot(g) bekken met vogten vervult. | |
XLIV. Aanmerking.Een barnsteene coraal lang in de neus gebleven, met eenGa naar voetnoot(h) steenagtige stoffe omvangen. | |
XLV. Aanmerking.Verscheyde aanmerkingen in 't doode lighaam van een waterzugtige Vrouw, waar onder de klieren van de Lever zeer opgezwollen waren. | |
XLVI. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(i) waterzugt van de Buyk, bestaande uyt waterblaasjes. | |
XLVII. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(k) scheur van 't bekkeneel door eenGa naar voetnoot(l) kneuzing, gaande zelfs door deGa naar voetnoot(m) naaden. | |
XLVIII. Aanmerking.Ga naar voetnoot(n) Bastaart vleesch van 't verhemelte metGa naar voetnoot(o) bederving, door het mes en gloeyende yzer gelukkig weggenomen. | |
XLIX. Aanmerking.Het zelve geval, maar van een verkeerde uytkomst door onwetenheyd van Quakzalvers. | |
L. Aanmerking.Een hardigheyd en verzweering van de Lever gelukkig genezen. | |
LI. Aanmerking.DeGa naar voetnoot(p) Nier,Ga naar voetnoot(q) Lever enGa naar voetnoot(r) bystaande Nieren &c. kunnen gevoeglyk gehouden werden voor bloedagtige klieren. | |
[pagina 41]
| |
LII. Aanmerking.Gezwellen aan 't agterhoofd der kinderen afhangende, zelfs grooter als het hoofd. | |
LIII. Aanmerking.Een doorgaande wonde in de borst, met uythanging van een stukje van de Long genezen. | |
LIV. Aanmerking.Een doodelyke wonde in 'tGa naar voetnoot(a) oog-rad of oog-hol. | |
LV. Aanmerking.Een doorgeslokte speld, zyn uytgang zoekende door een zweer in de Liesch. | |
LVI. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(b) vogtige kortborstigheyd, met een aanmerkenswaardige steen in de Nier. | |
LVII. Aanmerking.Steenen van ongehoorde groote in een Jongetje van drie jaaren. | |
LVIII. Aanmerking.De oorspronk en natuur van deGa naar voetnoot(c) Zuygers, of vleezige misdragten der vrouwen. | |
LIX. Aanmerking.HetGa naar voetnoot(d) vuur en doorbooring van deGa naar voetnoot(e) vrouwelykheyd enGa naar voetnoot(f) endel-darm gelukkig genezen. | |
LX. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(g) kneuzing van 't hoofd gelukkig genezen, alleen door eenGa naar voetnoot(h) stooving zonder snyding, ligtvaardig voorgesteld van een onervaarene. | |
LXI. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(i) ontsteeking van de Lyfmoeder na de baaring, welke zomtyds voortkomt door de lossigheyd der Vroedvrouwen. | |
LXII. Aanmerking.Een nedergezakteGa naar voetnoot(k) milt tot in het bekken, werdende deszelfs plaats van zeker, na de milt gelykende lighaamtje bekleed. | |
LXIII. Aanmerking.Een langagtig gezwel van de buyk veroorzaakt door toekrimping van't Net. | |
LXIV. Aanmerking.Hier en daar verborgene wormen in de ingewanden. | |
[pagina 42]
| |
LXV. Aanmerking.De Lever voor een groot gedeelte in waterblaasjens verandert, en van een onwetende onvoorzigtig doorboort. | |
LXVI. Aanmerking.De milt uyt een levendige Hond gesneden, die, niet tegenstaande een zwaare bloedvloed, genezen is. | |
LXVII. Aanmerking.DeGa naar voetnoot(a) rugge-graat in een circul omgekromt. | |
LXVIII. Aanmerking.Een wonderlyke t'zamentrekking van de maag en 't gedarmte door gebrek van spys en drank. | |
LXIX. Aanmerking.Beenagtige en t'zamengegroeydeGa naar voetnoot(b) Klapvliezen van 't Hert. | |
LXX. Aanmerking.Verharding eeniger deelen in een waterzugtige vrouw. | |
LXXI. Aanmerking.Een doodelyk gebrek van de huyd of vel omtrent de navel, in een eerstgeboore Kind. | |
LXXII. Aanmerking.Een uytstorting der Ingewanden door gebrek van de huyd omtrent de navel, in een eerstgeboore Kind. | |
LXXIII. Aanmerking.Een niet minder aanmerkenswaardig voorval, omtrent het gebrek van de huyd, en spieren van de buyk. | |
LXXIV. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(c) Honds honger van een verslapping van deGa naar voetnoot(d) Sluyter van de maag. | |
LXXV. Aanmerking.Een gelukkige geneezing van een aanmerkenswaardige wonde in de blaas, en een daar op volgende breuk-gezwel. | |
LXXVI. Aanmerking.Een hardigheyd van een ulcereuse Tong, door het mes en gloeyend yzer weggenomen. | |
LXXVII. Aanmerking.HangendeGa naar voetnoot(e) slym-proppen in 'tGa naar voetnoot(f) hol van Highmorus. | |
[pagina 43]
| |
LXXVIII. Aanmerking.InwendigeGa naar voetnoot(a) schurste van de blaas, te gelyk met vleesagtige klierige uytwassingen. | |
LXXIX. Aanmerking.Wonderbaarlyke speeling van de natuur, omtrent de vaten van de nieren. | |
LXXX. Aanmerking.Een oneffene oppervlakte van de nier in een bedaagde. | |
LXXXI. Aanmerking.Verwonderenswaardige zaaken in eenGa naar voetnoot(b) Zwam-gezwel of beenvreter. | |
LXXXII. Aanmerking.In 't geheelGa naar voetnoot(c) versleetene kassen der tanden, om verscheyde oorzaken, waar door waggeling en uytval der tanden. | |
LXXXIII. Aanmerking.Onvrugtbaarheyd door toesluyting van de trompetten van Fallopius. | |
LXXXIV. Aanmerking.Waarschynelyke uytbarsting van de kraamvloed door de trompetten vanGa naar voetnoot(d) Fallopius tot in de holte van de Buyk. | |
LXXXV. Aanmerking.Waarschynelyke uytstorting van deGa naar voetnoot(e) maandstonden door de trompetten van Fallopius tot in 't bekken. | |
LXXXVI. Aanmerking.Een qualyk gestelde Lever, en op hoedanige wyze in het dood lighaam van een waterzugtige. | |
LXXXVII. Aanmerking.Een diergelyke qualyk gestelde Lever in een ander, met een sleen in deGa naar voetnoot(f) gal-weg. | |
LXXXVIII. Aanmerking.Een aftrekking van de Lyfmoeder, na de een of de andere zyde. | |
LXXXIX. Aanmerking.Een steen van de blaas, bezet met etteragtige verdikking van een vinger dik. | |
XC. Aanmerking.Een galblaas dikmaals in tween verdeelt (voornamentlyk in kalveren) maar zeer zelden, zoo het ooyt, in 't geheel dubbelt. | |
[pagina 44]
| |
XCI. Aanmerking.De waare oorzaak van 't ongemak Miserere Mei of Ileos, door verscheydene exempelen aangetoont. | |
XCII. Aanmerking.Een bovenmaate verwydering van deGa naar voetnoot(a) Kronkeldarm. | |
XCIII. Aanmerking.Een ingebeelde, en waare beweging van de Baarmoeder. | |
XCIV. Aanmerking.Een wonderbaarlyke verwydering van eenGa naar voetnoot(b) Pisleyder, in zig onthoudende een pint etters. | |
XCV. Aanmerking.Een harde verdikking en wonderbaare vernauwing van denGa naar voetnoot(c) endel-darm, na eenGa naar voetnoot(d) moeyelykheyd in 't watermaken. | |
XCVI. Aanmerking.Diergelyke verdikking van den endel-darm. | |
XCVII. Aanmerking.Een ongemakkelyke uythaaling van de Moerkoek, die veroorzaakt werd door een byzondere inplanting van de navel-streng in dezelve. | |
XCVIII. Aanmerking.EenGa naar voetnoot(e) waterblaas breuk in 't balzakje, waar by gevoegt is eenGa naar voetnoot(f) liesch-breuk. | |
XCIX. Aanmerking.Wonderbaarlyke uytzetting van de nieren en pisleyders in Schapen. | |
C. Aanmerking.De waare gestalte van 't hoofdje van de roede, nieuwlyks ontdekt. |
|