Latijnse gedichten 1607-1620
(2004)–Constantijn Huygens– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 139]
| |
(94 Aan de weledelgeboren jongeman Johan Dedel bij zijn openbare disputatie over onderpanden en hypotheken, ter verkrijging van zijn doctoraat (Vervolg))aant.[74] Genegenheid voor u, en onbedwingbare lust, legt mij op meer te schrijven, maar het onvermogen van mijn talent is krachtiger en verbiedt het mij. Wil dit dan aannemen, zo goed en zo kwaad als het is. Maar wel zou ik willen dat u, indachtig mijn zwakheid, een goedgunstig beoordelaar bent.
Uw Constantijn Huygens, niet een van uw minste vrienden, maar een van uw beste. |
|