Latijnse gedichten 1607-1620
(2004)–Constantijn Huygens– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 129]
| |
(92 (Nederlands) (Vervolg))aant.richten op dit ene gedicht en in wedijver de roem van de Hollandse Achilles verbreiden. [32] Eindelijk dan, nu de gulden vrede is gekomen - wens van zo veel vrome klachten - met het (ach!) lang verwachte einde van de oorlog, [34] beletten geen dreunende trommels u rustig te slapen en wakkert geen krijgstrompet met huiveringwekkende klank aan tot de strijd, die gewapende handen eist. Overal is veilige rust, de Hollanders brengen vrij van zorgen zonder soldaten nodig te hebben een kalme periode van vrede door. [39] Sinds niets rest waarmee uw edele moed u, verheven prins, naar groter hoogte zou kunnen voeren, en we niet meer bij het einde van een periode van hevige strijd die uiterst welkome dag mogen beleven [43] waarop het verheven college van eerbiedwaardige bestuurders, vergezeld van een lange stoet vooraanstaande personen, u (met purperen tiara om het hoofd) tegemoet placht te treden en persoonlijk geluk te wensen met deze of gene overwinning, [47] wordt u eindelijk met ieders instemming de beschermer van het vaderland genoemd, die, naar men (niet zonder reden) zegt, zo vaak vol wijsheid te midden van de golven de koers heeft bepaald van het angstige schip. [50] Engeland is nu vol bewondering, het staat versteld en wenst u geluk met de behaalde eer, Engeland dat ooit, zeer trouw toen het erom spande, hulp heeft geboden toen de opstand in de Nederlanden in volle gang was, Engeland, slechts door een nauwe zeestraat van u gescheiden, een eiland rijk aan middelen, bevolkt door de Britten, bewoners van een koude luchtstreek. [55] En de grote Jacobus zelf, wie het lot heeft vergund met vorstelijke teugels een zo machtig volk te besturen, kent u een bewijs van zijn grote gunst toe, nu hij u de vorstelijke ordeband zendt als beloning voor uw lofwaardige verdiensten en u zo als bondgenoot aan zich bindt. [60] Ziet u daar die kleine letters, weergegeven in onvergankelijke diamanten? Niet zonder reden (zo mag men aannemen) heeft de vindingrijke hand van vaklieden \juist deze\ edelstenen aangebracht; maar zoals de stalen hardheid van {de Indische} {deze} steen zonder weerga, naar men gelooft, door geen enkel metaal wordt overtroffen - en ook werkelijk niet wordt overtroffen -, [66] zo zal, wanneer heilige vriendschap u beiden eenmaal met een duurzame band heeft samengevoegd, schade door ouderdom hem niet ontkrachten en de nijdige tijd hem niet ontbinden, maar alleen de dood die alles ontbindt. [70] Moge het aldus geschieden en Jupiter, heerser over de hoge Olympus, onze gebeden in welwillendheid verhoren. |
|