Latijnse gedichten 1607-1620
(2004)–Constantijn Huygens– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 107]
| |
(79 Lucianus' dialoog tussen Jupiter en Ganymedes (Vervolg))aant.Jupiter[41] Dan zou ik vergeefs een snavel en vleugels hebben gekregen, vergeefs klauwen, vergeefs kortom geheel vogel zijn geweest. | |
Ganymedes[43] Maar vader zal de ontvoerde gaan zoeken en als hij, dwalend door de velden, mij niet aantreft, krijg ik vast en zeker klappen. | |
Jupiter[45] Je krijgt geen klappen, ventje, dat zeg ik je, want hij kan jou hoog in de wolken niet zien. | |
Ganymedes[47] Toch zou ik hier liever weg willen. Ik mis vader en ik zou liever weer de achtergelaten schapen willen weiden. Als je me terugbrengt, krijg je van ons weer een heel vette bok, gekozen uit vele; die zul je als losgeld hebben. | |
Jupiter[51] Stop daar toch mee, vergeet de schaapskooi en de Ida, jij die nu veel goeds gaat doen voor je vader en je vaderland. Je zult geen melk drinken en geen kaas eten, maar in plaats daarvan zul je je voeden met nectar en ambrozijn. Je zult niet sterfelijk zijn, maar goddelijk tot in eeuwigheid en aan de hemel zal jouw ster te zien zijn. | |
Ganymedes[57] Als ik wil spelen, wie zal mijn speelmakker zijn? Op de Ida zijn er heel veel zoals ik, heb ik heel veel kameraden. | |
Jupiter[59] Híer is deze kleine Cupido je speelmakker, híer zijn heel veel bikkels. Kom, wees nu eens vrolijk. | |
Ganymedes[61] Wat zal toch mijn taak zijn? Hoe zou ik u van nut kunnen zijn? Moeten hier ook schapen worden geweid? | |
Jupiter[63] O nee. Je zult hier onze maaltijden verzorgen en mij nectar inschenken en ambrozijn opdienen. | |
Ganymedes[65] Geen probleem. In dat werk ben ik al heel lang bedreven en ik weet nog goed hoe je melk moet schenken. |
|