Adyosi / Afscheid
(1994)–Albert Helman– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 126]
| |
Oud paleis (Paramaribo)aant.Vergeefs heeft de gloednieuwe verf
het fijn craquelé van de gevel bedekt;
de stoep bleef van naakt grijs bazalt,
geslepen door stappen van eeuwen.
De trap die de schaarse verkorenen voert
naar waar de bewindhebbers wetten en willekeur
uitzwaaien over hun burgers,
hun slaven, soldaten en priesters,
kreunt bij iedere tred. De treden getuigen
van leed en lijdzaamheid, zinloze eerzucht misschien.
's Nachts vooral, wanneer de gang
van de schildwacht onhoorbaar geworden is,
nu een tevoren onzichtbare voordeur
zelf door de huismeester
met zijn haast armgrote sleutel toegesloten
en nog eens extra vergrendeld is
opdat inzaat en onderzaat stil zij
en zich beveiligd weet - povere waan -
voor opstand, verraad en de kentering daarbuiten, -
't is 's nachts dat de vloeren der slaapkamers
kraken en wenen. Vage geluiden doortrekken
verlaten vertrekken, nestelen zich onder de bedden,
vergaan daar. Stemmen van schaduwen
fluisteren van tijd die legende, grootheid die as werd,
stof in de duisternis.
's Ochtends echter staat het paleis
opnieuw te blinken in glorierijk zonlicht.
[1983] |
|