Dichtwerken. Deel 2(ca. 1880)–Bernard ter Haar– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Aan eene herstellende. Al blijft nog zwakte aan 't ziektevertrek U binden, Toch juicht ons hart, dat gij ons bleeft gespaard; Wij wisten 't wel, dat we allen U beminden; Toch deed uw krankte eerst recht ons ondervinden, Hoe innig lief gij ons geworden waart. Win aan in kracht! - Dat fletsche bleek der wangen - O dat het ras voor frisscher blos verdwijn! O dat we U ras in 't woonvertrek ontvangen! Wij wachten dáár uw weêrkomst met verlangen, Want dit zal 't feest van uw herstelling zijn. Zie verder kalm den stroom uws levens vloeien! Ervaar het steeds: hoe liefde liefde wint; En 't stil geluk, dat ge om U heen ziet bloeien, Een traan van dank, die 't oog soms gaat besproeien, Zij 't heerlijk loon, dat ge U beschoren vindt! Wat liefde reins en zaligs heeft te geven Valle U ten deel, in 't lot, dat U verbeidt, Dat door Gods hand, zóó worde saâmgeweven, Dat ge U verheugt in 't weer vernieuwde leven, Met steeds verhoogd gevoel van dankbaarheid! Vorige Volgende