Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 13
(1990)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd5898. 1642 september 27. Aan N. van Reigersberch.Ga naar voetnoot1Mijnheer, Den grave van Harcourt blijft noch in 't Boulonnois, don Melos bij Rijssel, zonder iet uit te rechten, meenende beide dat zij genoech doen met malcander te beletten.Ga naar voetnoot2 Hertoch Carel heeft binnen La Motte gebracht tweehondertendevijftich carren met allerlei provisie.Ga naar voetnoot3 D'heer van Gransei heeft den baron de Sel eenigh volck afgeslaegen. Men wil zeggen dat den baron de Selles zelve daer zoude zijn gebleven.Ga naar voetnoot4 | |
[pagina 447]
| |
Ga naar voetnoot4 Den baron d'Ossenville is wedergekeert nae Brisac om eenige betaeling te doen aen dat ende andere garnisoenen. | |
Men twijffelt wat Briquemaut, gouverneur van Sedan, sal doen op d'ordre van den hertogh van Bouillon.Ga naar voetnoot5 Gouverneurs pleegen niet te obediëren aen haere heeren die gevangen waeren ende 't gouvernement is alrede bij den coning gegeven aen monsieur de Fabre om te commanderen over 200 Switsers, 700 Fransoisen.Ga naar voetnoot6 Te Grenoble is een nieuwe camer opgerecht tot judicature over alle die aen monsieur de Cinq-Mars zijn vast geweest.Ga naar voetnoot7 Den coning gaet op de jacht rondom Parijs ende den cardinael is in de baden bij Bourbon-Lancy, maer men meent zij beide zullen comen te Fontainebleau. De protestantsche Switzers retarderen de lichtinge voor Milan zooveel zij connen. In 't Milanees zijn aengetast de goederen van de Savoyarden ende Piedmontoisen als vijanden van Spaignie. Den prince Thomas verwacht eenigh volck uit Roussillon ende men meent dat zoo dezelve prins als den hertogh van Longueville eenige plaets noch zullen aentasten van dit jaer als Trin ofte Chivas, welcke plaetzen zeer dienen zouden om Casal te verzeeckeren.Ga naar voetnoot8 Den coning heeft aen den hertogh van Parme gezonden eenige bevelhebbers ende twee millioenen aen geldt, 'twelck men meent dat nevens de vreze van de ligue van alle de princen van Italië zal connen dienen om den paus te brengen tot accommodement.Ga naar voetnoot9 Wij hooren dat van Lisbone zijn vertrocken veertich schepen met thienduizent man, die oock noch eenigh volck zoude[n] innemen in Tercera; ende werdt getwijffelt off het is om de Spaensche vloot aen te tasten ofte om weder te becomen dat de Hollanders in Brasyl ende Angola Portugael hebben afgenomen. Zes schepen met volck ende wapenen ende amonitie zijn te Nantes gereedt om te gaen nae Ierlant ende de catholycken aldaer te helpen; dewelcke zoo zij eens meesters van heel Ierlant connen werden, haer zullen mengen in het oorlogh van Engelant ende misschien de parlamentarissen brengen tot arger conditie dan zij nu zouden becomen. Nae 't nemen van Perpignan schenen de Fransoisen de meeninge te hebben van Roses te belegeren. Maer dewijl den broeder van den hertogh van FlorenceGa naar voetnoot10 op die custen is gecomen met vijfendetwintich goede schepen tot verstercking van de vloot aldaer, zal apparentelijck die zaecke difficulteit vinden en de Provence is vanwegen dezelve vloot in vrese. | |
Mercy heeft het casteel van Wy[l]destein wederbecomen. Den gouverneur werdt te Hohentwiel beschuldight van de plaetze niet genoech gedefendeert te hebben.Ga naar voetnoot11 Tot Francfort, zoo wij hier verstaen, zal in October zijn een churfurstelijcke bijeencomsteGa naar voetnoot12 ende eene generale van des Rijcx stenden in December, apparentelijck om de paix te vorderen. 't Parlement van Engelant heeft de bisschoppen afgezet, maer met contradictie van veelen.Ga naar voetnoot13 Hertogh Carel is te Sarbrick, monsieur du Hallier vervolcht hem. 27 September 1642. | |
In dorso schreef Reigersberch: Broeder de Groot, den 27 Sept. 1642 uyt Paris. |
|