Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 3
(1961)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd1178. 1627 oktober 1. Aan N. van ReigersberchGa naar voetnoot14.Mon frère, GisterenGa naar voetnoot15 heb ick aen monsr. Franchimont gegeven de caerten met een | |
brieff aen uwe E., waerin ick oock mentie maeckte van een bouck, dat hij niet en heeft connen medenemen, maer sende het nu door andere gelegentheyt. De brieven van CasaubonGa naar voetnoot1, waervan ick mede mentie hadde gemaeckt, send ick aen mijn broeder de Groot. In de caerte van Rochelle syet uE. het desseing van het belegh ende naementlijck de steccade bij Pompeo TargoneGa naar voetnoot2 voorgestelt, waerop veele discoureren, dat de haven bij ebbe schyer droogloopend dye van Rochelle occasie genoech sal geven om het werck, soo haest als het begonnen sal zijn, te stooren, te meer alsoo de wijtte van de haven soo groot is, dat het canon van St. Louys ende 't voorgenomen fort op Coreille quaelijck genoech sullen connen bereycken. Hyer comt bij, dat de Engelschen notoirlijck meesters zijn van de zee, alsoo de Franchoysen noch geen schepen bijeen en hebben ende 't Spaensche secours noch niet bij de handt en is; oock onseecker is, hoe groot het sal zijn, gelijck dat d'Engelschen van buyten oock 't werck sullen connen verhinderen. soo met schyeten als met vyerwercken. Monsr. de Rohan'sGa naar voetnoot3 wapening gaet voort ende werden dye van de religie alleynskens stouter door het innemen van eenige cleyne plaetsen, dyenende tot de pas nae Vivarrez ende de Cevennes. Men verwacht hyer twee ambassadeurs uyt DenemarckenGa naar voetnoot4, dye noch in Engelant zijn, ende wel deerlijck roepen. God geve een goede vrede overal. Mijne gebiedenisse aen de goede vrunden. Den 1 October, XVIcXXVII tot Parijs. UE. dienstwillige ende zeer
| |
't Schijnt monsr. d'EspesseGa naar voetnoot5 daer noch wat souckt te blijven, om de eer te hebben van het tractaetGa naar voetnoot6 te helpen besluyten, hoewel de clock hyer gegoten is. Ick meen monsr. DefiatGa naar voetnoot7 hem dese laeste dienst sal doen. | |
Adres: Mijnheer Mijnheer Reigersberch, raedt voor den Hoogen Raide in Hollant. In 's Gravenhage. Met een boeck. |
|