Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdalcaïsche versmaatBenaming van een naar de Griekse dichter Alcaeus (omstreeks 600 v.Ch.) genoemde, voornamelijk op dactylen (dactylus) en trocheeen gebaseerde antieke vers- en strofevorm. Synoniem: alcmanisch vers. De alcaïsche strofe wordt gebruikt in oden en bestaat uit twee elflettergrepige verzen, één negenlettergrepig en één tienlettergrepig vers. De beginlettergreep van de eerste drie alcaïsche verzen, die als het ware buiten het metrisch schema valt, noemt men een anacrusis (Gr. het aanslaan van een snaarinstrument). Het metrisch schema (zie metrum), dat heel wat variaties kent (beginlettergreep kort/lang; eindvoet trochee/spondee) kan als volgt worden weergegeven: (2x) Bijv. Horatius, Oden, I, 26: Mū|sīs ă|mīcūs || trīstĭtĭ|am_ēt mĕt|ūs Als voorbeeld van een alcaïsche strofe kan men de beroemde tweede ode van het derde boek uit Horatius' Carmina beluisteren, waarin o.m.het bekende "Dulce et decorum est pro patria mori" (te sterven voor het vaderland is zalig én eerzaam) staat. De eerste vier verzen luiden als volgt in de interpretatie door W. Stroh (Proben lateinischer Verskunst): Āngūstam˘amīcē pāupĕrĭēm pătī
|
|