Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdcommentaarToelichting op een tekst waarmee een algemeen referentiekader en de noodzakelijke kennis van zaken wordt gegeven aan een (moderne) lezer om die tekst zo goed mogelijk in zijn historische context te begrijpen. Daarbij maakt men gewoonlijk onderscheid tussen twee typen commentaar. In de eerste plaats geeft men commentaar op de gehele tekst. Hierbij gaat het in feite om een historische en hermeneutische betekenistoekenning (hermeneutiek), waarbij delen van de tekst hun betekenis krijgen in de context van de gehele tekst en anderzijds de gehele tekst zijn betekenis ontleent aan de delen ervan (hermeneutische cirkel). Sommige auteurs noemen dit type commentaar macrocommentaar. Met name de ‘Amsterdamse school’ (W.Gs Hellinga, F. Lulofs, F. Veenstra) heeft zich met dit soort commentaar beziggehouden. In de tweede plaats geeft men commentaar op woorden, namen of zaken die in de tekst genoemd worden en die niet (meer) algemeen bekend verondersteld kunnen worden. Men spreekt daarom wel van woordcommentaar of zakencommentaar. Dit type wordt wel microcommentaar genoemd. De eerste soort commentaar wordt gewoonlijk in de inleiding of nabeschouwing van tekstedities gegeven en soms zelfs in een afzonderlijke uitgave. Het tweede type commentaar bestaat doorgaans uit annotaties bij de te verklaren woorden of zaken. Lit: W.Gs Hellinga. ‘De commentaar’, in: Handelingen van het 24e filologencongres (1956), p. 109-127 F. Lulofs.‘Kritiek op Beatrijs of de verantwoording van een commentator’ in Levende talen 234 (1966), p. 204-221 en 235 (1966), p. 342-356 F. Lulofs, Nu gaet reynaerde al huten spele. Over commentaar en interpretatie (1975) W. Frühwald e.a. (red.), Probleme der Kommentierung (1975) G.L. Vogt & J. Bush Jones (red.), Literary and historical editing (1981) J. Pop, Commentaar en interpretatie, dl. 1 (1987) M. Mathijsen, ‘De commentaar’ in Naar de letter. Handboek editiewetenschap (1995), p. 333-351.
|
|