Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdquator sensus scriptorumEtym: Lat. vier betekenissen van de Schrift. Begrip uit de exegese en de hermeneutiek voor de vier manieren waarop een tekst te verklaren is. De theorie over de zin en betekenis van woorden is hecht gefundeerd in de meerledige interpretatie van de Bijbel sinds de kerkvaders hiervoor de ‘quator sensus scriptorum’ formuleerden. Naast de letterlijke betekenis – er staat wat er staat – onderscheidt men de figuurlijke of overdrachtelijke betekenis: er staat niet wat er staat. Het schoolvoorbeeld in deze is Jeruzalem: in de letterlijke zin van het woord (sensus litteralis) de stad Jeruzalem, in de morele zin (sensus moralis) de ziel van de mens, in de typologische zin (sensus allegoricus-1, waarbij een bepaalde gebeurtenis uit het Oude Testament gezien wordt als een voorafbeelding van een gebeurtenis in het Nieuwe Testament) de kerk, en in de anagogische zin (sensus anagogicus, waarbij alles beschouwd wordt vanuit de vier uiterste eindbestemmingen van de mens - hemel, God, hel, duivel) de hemel. Lit: E.F. Ohly, ‘Vom geistigen Sinn des Wortes im Mittelalter’ in Zeitschrift für deutsche Altertum und deutsche Literatur 89(1958), p. 1-23 E.F. Ohly, Schriften zur mittelalterlichen Bedeutungsforschung (19832), p. 1-31 H. Pleij, ‘Over de betekenis van Middelnederlandse teksten’ in Spektator 10 (1980-1981), p. 299-339 P. Wackers, Met ogen van toen. Middeleeuwse kunst: schoonheid en wetenschap (19822) U. Eco, Kunst en schoonheid in de middeleeuwen (1989).
|