Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdcomédie larmoyanteEtym: Fr. tranenverwekkend blijspel. Achttiende-eeuws burgerlijk drama waarin tragische gebeurtenissen een belangrijke rol spelen, maar waarin anders dan in de tragedie het geval is, geen sprake is van een noodlottige afloop, maar van een happy end(ing). Het genre wordt daarom ook wel een tragikomedie genoemd. Karakteristiek voor de comédie larmoyante is de moralistische strekking die tot uiting komt in de eenvoudig en helder gehouden tegenstelling tussen goed en kwaad en de uiteindelijke zegepraal van de deugd. De gevoelige, soms wat sentimentele helden (Eng. sentimental comedy) staan vaak tegenover brute of gewelddadige personages. De simpele intrige en het happy end waarin de edelmoedige en gevoelige held de overwinning behaalt op zijn tegenstrevers vielen erg in de smaak bij de 18de- en 19de-eeuwse burgerij. Het is dan ook niet goed mogelijk het genre scherp af te grenzen van het ruimere begrip ‘burgerlijk drama’, omdat daarvan allerlei varianten bestaan die kenmerken gemeen hebben met het hier behandelde genre. Er is voorts een relatie met het melodrama. Voorbeelden van de comédie larmoyante vindt men vooral in het stamland Frankrijk, o.m. bij Pierre Carlet de Chamblais de Marivaux met La mère confidente (1735) en Claude Nivelle de la Chausée met Mélanide (1741). In Engeland schreef Hugh Kelly False delicacy (1768) en in Duitsland J.E. Schlegel Der geschäftige Müssiggänger (1743). In het Nederlandse taalgebied kunnen J.A. Schasz’ drama’s Dorvan of de zegepraal der liefde (1779) en Frederik en Charlotte of de edelmoedige beloning der deugd (1793) als voorbeelden genoemd worden. Lit: Ph. Hartnoll & P. Found, The concise Oxford companion to the theatre (1996).
|
|