Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdModerne DevotieDe Moderne Devotie of de Broederschap van het gemene leven is een laatmiddeleeuwse, in de Noordelijke Nederlanden (IJsselstreek) ontstane spirituele beweging, die zich kenmerkte door haar afkeer van het toenemende verval van de kerk en het verlangen daar iets aan te doen door terug te keren naar de ‘ecclesia primitiva’, de kerk van de eerste christenen. De opkomst van de beweging van de Moderne Devotie was geen incidenteel gebeuren, maar moet gezien worden als de 14de-eeuwse Nederlandse variant van het gedurende de hele middeleeuwen steeds weer oplevende religieuze reveil (bijv. waldenzen, begijnen). Grondlegger van de beweging is Geert Grote (1340-1384), die vrome leken en geestelijken opriep om op gemeenschappelijke basis te gaan leven. Aanvankelijk hadden deze gemeenschappen geen juridische basis; men werd gedreven door het verlangen te leven zoals is beschreven in Handelingen 2: 42-47 en 4: 32-35. Voor de praktische uitwerking van het eensgezinde, gemeenschappelijke leven (het ‘gemene leven’ in het Middelnederlands), zoals die is beschreven in deze Bijbelpassages, werd steun gezocht bij de kloostertraditie die in de vroege middeleeuwen ontstond vanuit hetzelfde verlangen. Vooral de strenge orde van de kartuizers werkte inspirerend. Al gauw ontstonden verschillende kloosterachtige varianten op het leven van de vroege christenen, die in hoofdlijnen te verdelen zijn in: enerzijds lekengemeenschappen van broeders of zusters die geen juridisch bindende kloostergeloften hadden afgelegd, anderzijds kloosters verenigd in het Kapittel van Windesheim, dat de regel van de reguliere kanunniken van Augustinus volgde, omdat deze zich nadrukkelijk baseerde op de eensgezindheid en het gemeenschappelijke leven van de eerste christenen. Ook het feit dat Jan van Ruusbroec in 1350 het klooster Groenendaal stichtte op basis van dezelfde regel is van invloed geweest. Behalve met bidden en mediteren (rapiarium), hielden de broeders en zusters zich bezig met handenarbeid om in hun levensonderhoud te voorzien. Omdat de concrete levensvormen van de Moderne Devotie aan het kloosterleven zijn ontleend, zijn het geen karakteristieke uitingen van lekenspiritualiteit, hoewel velen, vooral vrouwen, volgens het kerkelijk recht leken waren. De beweging van de Moderne Devotie heeft door haar open karakter een stempel gedrukt op de maatschappij, ondermeer omdat de broeders zich richtten op zielzorg, onderwijs en boekproductie. Een belangrijk deel van de Nederlandse boekproductie in de 15de eeuw komt voor hun rekening. Dat de littera hybrida in de Nederlanden zo belangrijk is als boekletter, komt mogelijk door de invloed van de Moderne Devotie. Behalve voor eigen gebruik in kloosters en broeder- en zusterhuizen, werden ook voor leken, edelen maar ook welgestelde burgers, boeken afgeschreven. Geert Grote heeft zelf een aantal psalmen en Bijbelgedeelten vertaald en zijn getijdenboek (ed. N. van Wijk, 1940) is duizenden malen gekopieerd. Het werk van Grote als Bijbelvertaler is later voortgezet door Johan Schutken, een geestelijke die woonde in het augustijnenklooster te Windesheim. Voor de lekebroeders van zijn convent vertaalde hij de psalmen en het hele Nieuwe Testament. Zijn werk is in combinatie met de vertaling van het Oude Testament door een anonieme kartuizermonnik uit Herne de meest verbreide Bijbelvertaling van de middeleeuwen geworden. Toen later de boekdrukkers omzagen naar kopij voor hun uitgaven, kozen zij bij voorkeur geestelijke traktaten uit de kringen rond de Moderne Devotie. De bekende Delftse Bijbel van 1477 is zelfs het oudste gedrukte Nederlandstalige boek. Het bekendste boek dat de beweging van de Moderne Devotie heeft voortgebracht en dat nog steeds wordt uitgegeven en gelezen, is de aan Thomas a Kempis (1379-1471) toegeschreven De imitatione Christi. Dit werk, dat bestaat uit vier op zichzelf staande traktaten, weerspiegelt de spiritualiteit van de Moderne Devotie: de navolging van Christus zoals de eerste christenen dat deden.
Op de rechterpagina begint Thomas à Kempis’ De imitatione Christi. [bron: A.G.H. Bachrach e.a. (red.), Moderne Encyclopedie van de Wereldliteratuur, dl 6 (19822), p. 229].
Lit: C. van der Wansem, Het ontstaan en de geschiedenis der broederschap van het gemene leven tot 1400 (1958) R.R. Post, The Modern Devotion, confrontation with Reformation and Humanism (1968) W. Lourdaux, ‘Het boekenbezit en het boekengebruik bij de Moderne Devoten’ in Studies over het boekenbezit en boekengebruik in de Nederlanden vóór 1600. Archief- en Bibliotheekwezen in België, extranr. 11 (1974), p. 247-325 M.L. Caron, ‘Preken met de pen. De Moderne Devoten en het boek’ in Geschreven, gedrukt, versierd, verzameld. Boeken uit de bibliotheek van het Rijksmuseum Het Catharijneconvent (1982), p. 22-29 C.C. de Bruin, ‘De spiritualiteit van de Moderne Devotie’ in C.C. de Bruin, E. Persoons & A.G. Weiler, Geert Grote en de Moderne Devotie (1984), p. 102-144 J.C. Bedaux, ‘Boeken bij de Moderne Devotie’ in C.C. de Bruin, E. Persoons & A.G. Weiler, Geert Grote en de Moderne Devotie (1984), p. 43-49 Moderne Devotie. Figuren en facetten. [Catalogus van de] Tentoonstelling ter herdenking van het sterfjaar van Geert Grote (1384-1984) (1984) N. Staubach, ‘Prachmatische Schriftlichkeit im Bereich der Devotio Moderna’ in Frühmittelalterliche Studien 25 (1991), p. 418-61 Th. Mertens e.a., Boeken voor de eeuwigheid. Middelnederlands geestelijk proza (1993) W. Scheepsma, Deemoed en devotie. De koorvrouwen van Windesheim en hun geschriften (1997) T. Kock, Die Buchkultur der Devotio moderna: Handschriftenproduktion, Literaturversorgung und Bibliotheksaufbau im Zeitalter des Medienwechsels (1999) F. van Oostrom, Wereld in woorden. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur 1300-1400 (2013), p. 484-511 R. van Dijk, Salome Sticken (1369-1449) en de oorsprong van de Moderne Devotie (2015).
|