Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdentrelacementEtym: Fr. entrelacer = ineenvlechten, verstrengelen. Term uit de narratologie of verhaalstudie voor het verstrengelen van verhaaldraden. Deze kroniekachtige verhaaltechniek dankt zijn bekendheid mede aan de toepassing ervan in de Lancelot en prose (1220-1240), een Oudfranse Arthurroman met meerdere hoofdpersonen die deels afhankelijk, deels onafhankelijk van elkaar allerlei avonturen beleven. De entrelacement-structuur is de opvolger van de zgn. Doppelweg-structuur (zie ook dubbelroman). Ook los van dit bekende middeleeuws voorbeeld wordt de term gebruikt ter aanduiding van een tekstuele verbinding van plots en subplots waarbij de verschillende verhaaldraden afwisselend aan de oppervlakte komen zoals bij een wandtapijt om dan weer even onder de oppervlakte verder te lopen. Op die manier kan men allerlei effecten verkrijgen: de suggestie van gelijktijdigheid wekken; de spanning doseren door retardering; contrastwerking tussen de verhaallijnen oproepen; enz. Ook in een moderne populaire vorm als de soap wordt de techniek veelvuldig toegepast. Zie ook montage. Lit: A. Micha, Essais sur le cycle du Lancelot-Graal (1987), p. 94-107 B. Besamusca (ed.), Lanceloet. De Middelnederlandse vertaling van de Lancelot en prose overgeleverd in de Lancelotcompilatie, pars 3 (vs. 10.741-16.263) (1991) F. Brandsma, Lanceloet. De Middelnederlandse vertaling van de ‘Lancelot en prose’ overgeleverd in de Lancelotcompilatie (1992), p. 6-15 F. Brandsma, ‘Gathering the narrative threads: the function of court scenes in the narrative technique of interlace and in the insertion of new romances in the Lancelot compilation’ in Queeste 7 (2000), p. 1-18.
|
|