Refereinen en andere gedichten uit de XVIe eeuw
(1879-1881)–Jan de Bruyne– Auteursrechtvrijverzameld en afgeschreven door Jan de Bruyne
[pagina 9]
| |
- III - [Hoort, Christen broeders, die in dat bloet]aant.
Hoort, Christen broeders, die in dat bloet
Christi, des onnooselen lammeken goet,
syt gewassen & gesuyvert van sonden,
geroepen tot het eeuwige leven soet,
dwelc hy u bereyt heeft, ist dat ghy doet
naer syn heylich woort tot allen stonden.
Den costelycken steen hebbende gevonden,
wilten met voorsichticheyt bewaren wyselyc,
& ooc, met simpelder herte, duergronden
syn groote ontfermherticheyt, tot uwaerts ontbonden,
waer duer hy die duecht doet groeyen pryselyc,
stortende in u syn gaven jolyselyc.
Ghy en sult niet vreesen eenige ertsche tormenten,
ist dat ghy nae Christus woort advyselyc:
syt simpel als duyven & wys als serpenten.
| |
[pagina 10]
| |
Het serpent, als een wys voersichtich dier,
wetende dat syn huyt is verandert schier,
cruypt duer een eng gadt tot dier spacie,
wt treckende dout vel, wort vernieut duert dangier.
Soo moeten wy, duer water & duer vier,
duer druck & veelderhande tribulacie,
duer de enge poorten, naer ons vocacie,
ingaen inde coelte in Gods ryc verheven,
wtdoen den ouden mensche & syn fondacie,
den nieuwen aendoen aldus doperacie,
de weirelt versaken vant hooverdich leven;
begeerte des vlees & der oogen aencleven
de weirelt meest duer sulcke accidenten.
Aenmerckende den regel hier voer geschreven:
syt simpel als duyven & wys als serpenten.
Syt simpel int quade, maer duer wysheyt doet duecht;
in eendracht sonder arch, als een duyfken verhuecht,
geen galle hebbende, simpel van manieren;
wacht u voer valsche propheten, soo ghy best muecht;
doet gelyc als een serpent hoorende vruecht
oft musycke, voys, duer een wys bestieren,
| |
[pagina 11]
| |
stopt syn ooren, want de nydige gieren
plegen te bedriegen duer sulc samblant.
Al willen u Babels cooplieden schoffieren,
leert van Christo simpelheyt om u verchieren;
hout u als schaepkens onder de wolven; want
als een roose sydy onder de doornen geplant.
Al verblyt de weirelt met haer adherenten,
haer wesen vergaet; dus bid ic u abondant:
syt simpel als duyven & wys als serpenten.
prinche.
Wacht u voer den prinche deser weirelt quaet,
die om u te verslindene rontom u gaet;
dus waeckt en bidt, wildy syn lusten schouwen;
op dat ghy de becoringe wederstaet,
vliet der weirelt pompiuesen hooverdigen raet;
wilt u als dongeleerde simpelyc houwen,
want siencie verheft duer tsimpelyc brouwen.
Heet dan niet meesters op dees eerde bloot,
waer duer de lieffde soude mogen vercouwen;
want de lieffde en sal geen hoocheyt brouwen;
de lieffde sticht vernederinge minioot
| |
[pagina 12]
| |
& ootmoedige simpelheyt duer wysheyt groot.
Dees lieffde moetty vast in u herte prenten.
Wildy worden gespyst met dat levende broot:
syt simpel als duyven & wys als serpenten.
|
|