Herman Jacob Dijckmeester

Herman Jacob Dijckmeester

Overige bronnen in DBNL

Biografieën over Herman Jacob Dijckmeester

Biografische informatie over deze auteur.

Titel	Auteur	Jaar
Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1850	[tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [1801-1900]	1850
Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 4	A.J. van der Aa	1858
Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 4	P.J. Blok en P.C. Molhuysen	1918

Secundaire literatuur over Herman Jacob Dijckmeester

Teksten die betrekking hebben op deze auteur en/of zijn/haar werk.

Auteur	Tekst	In	Jaar
[tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen	‘Onderzoek naar den zin en de wettigheid van het Decreet van 24 Januarij 1812, betrekkelijk de instandhouding der Substitutiën, ten behoeve van den premier appelé. Door Mr. H.J. Dijckmeester. Te Tiel, bij C. Campagne, Jr. 1819. In gr. 8vo. 89 Bl. f :-15-:’	In: Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1820	1820
[tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen	‘Onderzoek naar den zin en de wettigheid van het Decreet van 24 Januarij 1812, betrekkelijk de instandhouding der Substitutiën, ten behoeve van den premier appelé. Door Mr. H.J. Dijckmeester. Te Tiel, bij C. Campagne, Jr.’	In: Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1820	1820
[tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen	‘Iets over het bestaan van de Regtsmagt der Dijkstoelen en Heemraadschappen, door Mr. H.J. Dijckmeester, Lid van de tweede Kamer der Staten Generaal, enz. Te Tiel, bij D.R. van Wermeskerken. 1836. In gr. 8vo. 35 Bl. f :-50. Proeve van betoog over de noodzakelijkheid, om, in het Koningrijk der Nederlanden, eene strafwet op het snoeijen van Muntspeciën vast te stellen, ter beantwoording der vraag, of tegen deze misdaad bij het Wetboek van Strafregt is voorzien. Door Mr. M.J. van Gigh, Advokaat bij het Hoog Geregtshof in 's Gravenhage. 's Gravenhage, bij G. Vervloet. 1836. In gr. 8vo. 78 Bl. f :-75. De Nederlandsche Stemmen voor de Regtbank des Publieks gebragt, door Mr. C.M. Roest van Limburg. Te Rotterdam, bij T.J. Wijnhoven Hendriksen. 1836. In gr. 8vo. 14 Bl. f :-20.’	In: Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1837	1837