Cyrurgie
(1912)–Johan Yperman– Auteursrecht onbekendCap. 17.
| |
[pagina 41]
| |
Ga naar margenoot+alse gi moget. Ende es dbeen te scervenGa naar voetnoot1) na uwer snede. so screpet therssenbecken al dore. ende maket tgat wel suver ende slechtet metten [groef L] hake (verg. fig. XI. In L een grove schets) ende dan legter in root suver sindael of suver linen cleet genet int wit vanden eye. ende daerna heilet met pluckelingen van ouden linen cleeden. Ende of die wonde niet vele en bloedt entie Ga naar margenoot+zieke sweringe heeft int hooft. so doeten bloet laten in die hooftadre. of die gewonde en si te cranc. of te jonc. of te out. ende dus so wijst hi van allen wonden die niet vele en bloeden in wat lede dat es. so salmen bloet laten in die adren die heerscapie hebben op dat led. Ende ziedi dattie [wonden haer G] lippen zere dicken Ga naar margenoot+ende root werden ende wel beginnen dragen. dats een goet teken. so sciint dat nature macht heeft der wonden haer voetsel te sendene. Mer vindi die lippen vander wonden dunne ende bleec. so sciint dat nature so cranc es dat si en gene macht en heeft in hare te hulpene. Ende dit es wantroestelijc ende seker teken vander doot. Ende delivereretGa naar voetnoot2) dbeen dat gi die herssenen moget suveren van haren ettere ende van haren bloede datter op gevallen es. in den zomer binnen .7. dagen in den winter binnen .10. dagen. Welc dat es en laet den gewonden niet te helpene in den zomer langere dan Ga naar margenoot+.7. dagen. want te zomere dragenGa naar voetnoot3) die wonden eer dan te wintere. | |
[Dits de glose der iiij mestersGa naar margenoot+ van salernen C].¶ Nu verstaet die leringe van roegerine ende van roelandine ende vanden .4. meesters.Ga naar margenoot+ Roeland ende rogerijn willen datmen den gewonden die herssenbecken ontwee heeft. dwelke dat ......Ga naar voetnoot4) n es. si wisen dat men den gewonden [sal verhouden] den nese enten mont. ende dat [men blase v]aste dan. eist dat dbeen al do[re es ende ontwe]e. men sal sien comen den adrenGa naar voetnoot5) [ute den wond]en alse .1. smooc. ende daerute sal co[men bl]oet dat gevallen leget optie liese. [Ende] dan willenGa naar margenoot+ si dat ment dore bore. dat [he]et trepaneren metten instrumenten. ende [m]en sal daermet maken vele gaetkine ane die zide vander broken. of scerve. ende met cleinen instrumenten sal men ierst boren. ende widen metten meerrenGa naar voetnoot6). Ende dan hebt .1. beytelkiinGa naar margenoot+ ende .1. loden maelget (zie fig. XX en XXI) ende dan houwen van enen gate in dander. ende heffen dat stuc ute al geheel. so dat men daer dore suveren mach die herssenen van haren ettere. ende van haren bloede dat gevallen leget optie liese. ¶ Nemt wareGa naar voetnoot7) die glose wijst. waer dat deen been onderGa naar margenoot+ dander es gescoten. datmen also begaden sal dupperste stuc.Ga naar margenoot+ want dupperste es gelijc dicke wils Of in welc dattie broke esGa naar margenoot+ datmen dat trepanere. ende dander niet. Aldus begaet datter tebroken es. dit willen de .4. meesters in haer glose op roelandine. | |
[pagina 42]
| |
Nochtan seggen die .4. meesters. alse gi sult werken opt hooft dat gi sult wachten dien nacht daer te voren dat gi met genen wive en sult siin. Ende dat gi niet en sprect iegen geen wijf die haer vloetGa naar voetnoot1) heeft. ende dat gi niet en Ga naar margenoot+eet geen looc noch onioenGa naar voetnoot2) no gene scarpe sause. [gheen onganse Ga naar margenoot+spisen L] ende uwe handen suverlike gedwegen. ¶ Ende alse gi comt ter wonden ten iersten vermakene na dat gi dbeen uut daet so doet den gewonden zere blasen also u vorwijst es. Ende siedi dan etter comen uter liesen. dats .1. quaet teken. Ende en heeft hi geen cortse. hi salne hebben cortelike daerna. Ende comter etter so suveret Ga naar margenoot+met gedwegender spoengiën. ende daer na so legt coenlike optie herssenen wel cleine pulver van witten wieroke dat men heet olibanum. Ende of die wonde wert te heet so smeertse met popelioene die gi gemaect selt hebben. of gehaelt in die speceriën. Ende men maket aldus: ¶ Nemt cnoppen vanden popeliere onder .½. ℔ die blade van witten mecopineGa naar voetnoot3) ende van swertten ende van mandragora. die cropkineGa naar voetnoot4) van roden bramen. die bladren van belrike. vander nachtscaden. van penninc crude elcs .4. oncen wegende. versch swinen smout .3. ℔. Ende maecse aldus. stampt die croppen vanden popeliere zere wel metten smoute. ende maecter af ronde bollen. ende legse also en wech te vertegene. ende daerna so leest dandere cruden. ende als gise al hebt. so stampse metten vorseiden bollen. ende laetse liggen in bollen also .9. dagen daerna so brecse al te stucken in enen ketel. ende gieter op .1. ℔ wiins zere riekende. ende latet al te gadere zieden tote die wijn al versodenGa naar margenoot+ si. ende die crude dalen te bodeme. ende altoes roerende met ere spatule. Ende daerna so persset dore .1. suver linen cleet. ende bestadet in .1. suver vat. dits popelioen. ende es goet iegen alle scarpe hitte van cortsen.Ga naar voetnoot5) Ende dengenen die niet en mogen slapen. dien so smeret daer met den slaep. enten puls vanden arme entie planten vanden voeten. entie palmen vander hant. dat met olyen van violette geminct ende daer met gesmeertGa naar margenoot+ bluscht hitte wonderlike zere. Ende optie navele gesmeret doet sweten. ¶ Ende of enech been sciet deen onder dander ende versceden es. so wijst die glose [der iiij mesters C] dat gi dat been uut hael(t) met .1. tangenGa naar voetnoot6). ende men saelt rechteGa naar margenoot+ uut trecken. [slechtelinge vore wertGa naar margenoot+ G]. ende niet wankelende herwert noch derwert. Ende wacht u dat niet ru en si no hakende want het mochte wonden dura mater. ende dan ware die gewonde in groter avonturen vander doot. Maer sijt altoes vorsien met gehelen sinne. ende altoes besiet dat tusscenGa naar margenoot+ der liesen enten bene en gene ruheitGa naar voetnoot7) en si. Ende esser ruheit so suvertse subtilike ende | |
[pagina 43]
| |
dan so peuleutGa naar voetnoot1) die herssenen met sindale genet int wit vanden eye. of met linen clede also vorwijst es. ende heilt die wonde voort als u vorleert es. ¶ Theodorijc ende huge van luken die beide goede meesters waren die beste die men wiste of vant in haren tiden. Ende si leiden dit plaester op wonden die root ende geswollen waren entie zere swoeren ende sonderlinge op thooft ende in zenewegerGa naar voetnoot2) steden. Si soden pappelbladre ende daerna capten sise ontwee. ende daerna Ga naar margenoot+stamptensise wel ende namen der also vele alse tenen plaestere bedorste. ende dat soden si in wine. ende daerna hadden si gestampt gruus ende dat gesicht. ende daeraf namen si also vele alse hen Ga naar margenoot+goet dochte. also dat tplaester en was te dicke no te dunne Ende dat leidense optie wonde elcs dages heeter dan laeu tote dattie wonde was in goeden pointe van sweringen ende van swillingen. Ende daerna heilden si die wonde met warmen wine ende onderwilen met zalven. ¶ TheodorijcGa naar voetnoot3) orcont dat hi sach meester hugen van luken enen man heilen die dat achterste deel vanden herssenen al ute waren. entie stede genas ende wies vol vleeschs. ende hi behilt sine gedinkenisse. ende hi was .1. gereydemakere ende hi dede daerna siin ambacht also hi tevoren dede. dwelke Ga naar margenoot+meester hugen selve zere wonderde hoe dat mochte siin bi redenen. Want het dochte hem wesende iegen al der ouder meesters vonnesse. Want si orconden wel dat dura mater ende pia mater mochten siin ontwee. maer si seggen datter geen herssenen ute mochten comen. die wonde en ware ierst genesen. mer dattie herssenen ute souden lopen, entie wonde genesen dat ware iegen nature. daerbi wondert meester hugen ende seit alsoe. ¶ Ende dandere meesters orcondenGa naar margenoot+ wel. dat alse die herde moederGa naar margenoot+ gewont es. dat onderwilen daelt tusscen der herder moeder enter sachter moeder etter: dwelke dat bi naturliker hitten verstijft. ende alst ute stect. dan waent menGa naar voetnoot4) dat herssenen siin. om dat dicke es ende wit also die herssenen siin. Maer dat meester huge sach dat rechte herssenen waren dat verwonderde hem. want hen was noyt eer gesien. Want hineGa naar margenoot+ was niet sot. hi was een goetGa naar margenoot+ naturijn. ende fisisiin. ende surgiin. Waerbi hi seit dat hem geen surgijn en soude te barenteren van en genen wonden. het en ware dat hi sage die quade tekenen die den gewonden overcomen alsoet in surgie es bescreven van roelandine die .1. goet meester was. Waerbi die surgijn es sculdech altoes te hebbene goeden troest op gode. Want hets vele dincs in vresen dat niet verloren en es. waerbi elc meester hebbe in gode troest ende in die hulpe der naturen dewelke die van gode comt. ¶ Meester huge van luken die ordineerde enen gewonden sine dyeten. den sterken enten vollen van humoren. dien | |
[pagina 44]
| |
gaf hi cranke dyeten. Ende den cranken enten ydelen van humoren. dien so gaf hi beter dyeten. dewelke waren goet te verteerne. Ende hi leide op thooft daer therssenbecken ontwee was of niet ontwee .1. plaester van stoppen genet in warmen wine uutgeduwet Ga naar margenoot+ende daerboven .1. ander van drogen stoppen om die naturlike hitte te behoudene. ende bantse also met .1. langer scroeden om thooft wimpelende vroedelike. so dattie plaestren niet af en mochten gaen no verscieten vander wonden. Ende doen gaf hi den gewonden die niet en cortsten [of den rede hadden L] van desen clareite geminct met desen pulvere [nuchteren. Ende Ga naar margenoot+te middaghe ende tsavons .1. lepel vol te gader L] ende maket aldus ¶ Nemt goede canele. goet wit gingebere. elcs .1. Ʒ. galigaen. cardamome Ga naar margenoot+van goeder smake. lanc peper elx. 1. Ʒ. groffels nagle wel riekende ende versch tgewichte van .12. tarwen coornen of .14. comijn. pepergrane .15. tarwen coorne swaer. van al desen maect cleine pulver stampende in enen motalinen mortier. ende sichtet dore .1. dicken teems. Ende dit pulver Ga naar margenoot+bestaedt in .1. houtine busse. ¶ Ende aldus maect men clareit van den vorseiden pulvere. Nemt .5. ℔ wiins ende die wit ende goet. ende zeems .1. ℔. wel gescuumt. dwelke dat gi doet spelen metten wine vorseit. ende doet vanden viere ende minct daermede dat vorseide pulver. ende wacht dat giere te vele pulvers niet in en doet. dat te starc mochte wesen. Mer pijnt u om te makene van goeden smake ende bequamelijc te drinkene. DesenGa naar margenoot+ clareit doet leken dore .1. sac so dattie clareit wel claer si. Daer na so nemt valeriane. genciane. gariofilate. pinpenelle ende piocelle also vele alse van al den andren. dese cruden droget ende stampse wel cleine. ende sichtse wel dore .1. cleinen teems die cleine pulver maect. Van desen vorseidenGa naar margenoot+ pulvere so doet in den vorseiden clareit na dat hi clareit es. seinende in cruus ende sprekende dit orisoen: ‘In nomine patris et filij et spiriti sancti et individuae trinitatis. dextera domini fecit virtutem dextera domini exaltavit me. Non moriar sed vivam et narrabo mirabilia domini castigans castigavit me dominus et mortui (l: morti) non tradidit’. Dit segt [3 werf L] mingende tpulver metten clareite vorseit. oetmoedelike te gode wert waerbi metter vorseiderGa naar margenoot+ mingingen die gewonde mochte genesen bi der hulpen van gode. Aldus leret meester huge van luken. ende deedt selve ende hi gaeft oec in allen wonden ja hoe dat de mensce gewontGa naar margenoot+ was. Desen dranc begonste hi te gevene alse de gewonde begonste tetene. dat was gerne ten ierstenGa naar margenoot+ vermakene. na dierste werf. ¶ Gillebeert die wijst ene andre maniere. die die [van ouerberch ende L] vanden rine vele plegen. Hi wijst te lesene dese carmine over den gewonden. ende optie wonde te leggene wolle metter yeken genet in warme olye van olyven. Ende ditGa naar margenoot+ leest men over luut. Entie van Oost [waert L] seggen dat mer genen loen af en sal nemen dan den gods loen. maer dat doet hem die vrecheitGa naar voetnoot1) | |
[pagina 45]
| |
van haren gelde. Ende hoe dat vaert sine lachterens niet varet wel si seggen hets goet. ende varet qualike. so seggen si hets qualike gelesenGa naar voetnoot1). ende daerbi Ga naar margenoot+willet god also hebben. ¶ Nu beginnen wi lesenGa naar voetnoot2). Drie goede gebroedere gingen .1. wech dewelke ontmoete onse here J.C. ende hi seide te hem. drie goede gebroedren waer gadi. die .1. andwerde wi gaen ten berge van oliveten lesen cruden te genesene den gewonden. Ende onse here J.C. seide te hen. Comt na mi drie goede gebruedren. ende sweert mi bi den gecruusten here. ende bi den melke siere moeder der magetGa naar voetnoot3). dat gi niet en selt Ga naar margenoot+seggen dese worde stillekine noch loen daer af nemen. Ende nemt wolle metter yeken van scapen ende doopse of netse also in die olye van olyven ende legse also in die wonde. Ende gelooft. ende segt. Also longinus die ebreeusche metten spere stac onsen Ga naar margenoot+here jhesum christum. die niet lange en bloedde no drawonkelde. Ga naar margenoot+no zeer en was no vertechde. so en moet oec dese wonde. In den name des vaders ende des zoons ende des heilechs geestes. ende segt 3. werven pater noster. [ende ave marien L.]Ga naar voetnoot4). Gillebeert wijstGa naar margenoot+ dat men hier met werke op alle wonden. sonder op hooftwonden. daer verbiedt hijt. dor die vetheit vander olyen die contrarie es den herssenen. Si en ware niet also goet den hoofde alse olye van rosen. ende dat es om dat si conforterende es bi der cracht vander rosen. Ende sine es niet vertegende om dat si es gemaect van olyven die niet ripe en siin. daer mense gerecht maect also avicenna wijst. Hier latic vanden hooft wonden die gevallen omtrent die scilden vanden hersssenbeckene ende ga voort in mine andere surgie.Ga naar margenoot+ | |
[Meister ancels leringhe.Meister anceel van genuwen die so genas alle syn hoeftwonden met eenre salven sonder anderGa naar voetnoot5) ende wasser seer mede gheprijst. Ende hy hiet sine sieken etenGa naar margenoot+ die beste spise die sy wonden (l: vonden) ende drincken den besten winen die sy wonden ende dit was teghen alle die actoers van medicinen ende van cirugiën endeGa naar margenoot+ dit was sijn salve wast heet of wast cout een salve tot hoeft wonden. Nemt wit herseGa naar voetnoot6) een ℔ ende olie van rosen .5. ℥ ende wit was 3. ℥. dit so smelte hy in een panne ende alst begonst te | |
[pagina 46]
| |
sieden ende bina ghenoech was .Ʒ. pinte goets wijns ende soet alte gader ende daerin doepte hi een Ga naar margenoot+linnen cleet ende dat doer goette (l: doorgaette) hy met 1 scere ende so leid hijt op thoeft ende daerboven een plaester van stoppen ghenet in wermen wine ende bant se so dat si niet of en mochten gaen ende was die wonde wijt hy naeise weder aldus ghenas hi alle syn wonden sonder anijs ende veel meer so sterfter die int thoeft ghewont was dan daer ghenas. L] [G. gaat aldus voort: ende diere storven dye groef men ende hare sterf vele meere danre Ga naar margenoot+genas. Nochtan was hij vele zeerdere geprijst danne alle dandere die bij redene wrochten. Ne ware dat was niet bij dien dye de redene kennen ne ware met ander lieden Ende Ga naar margenoot+aldus es beter goede vente dan waer. Het was oeck .1. meester in vlaenderen van ziericzee uut zeelant die hiet meester willam hij maecte eene cyrone hij nam wederijn ruuetGa naar voetnoot1) dat smalt hij ende mengede dair mede al luttel was ende .1. deel verde grisen dair (l: dat) men heet Ga naar margenoot+spaensche groene dat ziede hij dore eenen doeck ende dopter in .1. linen cleet dair of snijt hij een stic ende leyt op alle die wonden dye tote hem quamen Ende alst vul was hij keeret omme ende vagede datter (den etter) af ende leyde dander zide op de wonde ende ghenas al zine wonden aldus Hij en nayde gheene wonden ne ware hij dwaetse met wermen wijne dair na drogende hijse ende leyder sijn plaester op alsoe ick u voirseyt hebbe ende wasser zeere mede vernaemt dit es algelijc sonder redenen SulckGa naar margenoot+ was in poperinghen een wijf hiet lise pauwels die ghenas alle wonden met drancke Ende leyder op .1. luttel stoppen ende dair boven rode coelbladere vele ghenasser hij (bij?) ende vele storvenre ende vele moesten andere meesters besoeken war bij ick segghe ende bewyze ende al ziedij eenen meester die niet en wert verhueven (l: verheven)Ga naar margenoot+ ne wondert u niet dair aff bedij hets beter geluckech eers dan verpijnt alle boge (?) G] |
|