Nagelaten gedichten(1943)–Karel van de Woestijne– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 14] [p. 14] Toen ik de reize heb aanvaard... Toen ik de reize heb aanvaard, toen waren ál de wegen bréed; tot op een dag van wondre klaart een meer mijn bane sneed. Toen heb 'k de weder-reize aanvaard, en werden me ál de wegen éng... Ik had me-zelf in 't meer aanstaard; zag vreemd me, en streng. Vorige Volgende