Vaderlandsche historie. Deel 1
(1749)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijXXIII. Karoloman slaat de Saxers en Friezen.In of omtrent den jaare zeven honderd twee en veertig, stonden de Saxers, onder Diderik of Dirk, wederom tegen de Franken op. Karoloman maakte zig wel haast van ééne hunner Vestingen meester, en noodzaakte hen, op nieuws, tot onderwerping; doch zy hervatteden den opstandGa naar margenoot+andermaal, in 't volgend jaar, zig verbonden hebbende met RadboudGa naar voetnoot(m), die, in sommige Kronyken, genoemd wordt Heer van Nederfriesland, en Broeder van Gonde- | |
[pagina 403]
| |
bald, die, na zynen Vader, Aldgillus, Broeder van Poppo, over gantsch Friesland 't gebied voerdeGa naar voetnoot(n). Karoloman, zig teGa naar margenoot+zwak bevindende, om den Friezen en Saxers beide het hoofd te bieden, vereenigt zyne magt met die van zynen Broeder Pipyn. De Broeders vallen te gelyk in 't Land der Saxers, 't welk wyd en zyd verwoest werdt. De Saxische Hertog Dirk werdt gevangen genomenGa naar voetnoot(o), of, volgens anderenGa naar voetnoot(p), als gyzelaar in verzekeringe gesteld; doch naderhand, op zyn woord, ontslaagen. De magt der verbonden' volkeren werdt dermaate geknakt, dat zy zig wederom tot onderwerping aan 't Frankisch gebied gedwongen zagenGa naar voetnoot(q). Of 'er, ten deezen tyde, ook een verdrag met de Friezen getroffen werdt, blykt niet klaar. 't Is egter vry waarschynlyk; alzo men de Friezen, den Franken, haast, in eenen nieuwen kryg tegen de Saxers, zal zien byspringen. De geduurige overwinningen van Karoloman, wel verre van hem met sterker heerschzugt te vervullen, scheenen hem wars van de weereld te maaken: hoewel sommigen vermoedenGa naar voetnoot(r), dat zyn Broeder en de Paus, door list of dwang, weerzin in de Regeering in hem verwekten. Immers hy be- | |
[pagina 404]
| |
sloot, vrywillig of zyns ondanks, het Ryksbewind zynen Broeder Pipyn alleen in handen te laaten, trok, op het einde des jaarsGa naar margenoot+zeven honderd zes en veertig, naar Rome, en begaf zig eerlang in het Benedictyner Klooster van den Berg Kassin, alwaar hy, zig vooraf den kruin te Rome hebbende laaten scheeren, Monnik werdtGa naar voetnoot(s). Ga naar margenoot+ Terstond hier na, werdt Pipyn al wederom genoodzaakt, om eenen opstand onder de Saxers, door de wapenen, te dempen. 't Schynt, dat zy in Frankryk gevallen waren, en een groot getal van Kristelyke Kerken verwoest hadden. Immers ik weet op niemant beter dan op de Saxers te passen, 't gene Bonifacius, in éénen zyner Brieven, aan Paus Steven den III, niet lang na deezen tyd, geschreeven, van de Heidenen zegt: ‘dat zy, naamlyk, onlangs, in zyn Bisdom, meer dan dertig Kerken verwoest en verbrand haddenGa naar voetnoot(t)’. Pipyn slaagde te beter, in zyne onderneeming tegen de Saxers, door dien hy nu van de Friezen werdt bygestaan. Zyn Leger vereenigde zig met de gewapende manschap, welke de Friesche Koningen, ten zynen behoeve, op de been gebragt hadden. De Saxers werden grootendeels verslaagen of gevangen genomen. Hun Land te vuur en te zwaard verwoest. Eerlang onderwierpen zy zig, en beloofden de schatting, welke zy, eertyds, Klotaris | |
[pagina 405]
| |
den I toegezeid hadden, voortaan volkomenlyk te zullen opbrengen. Veele Saxers, zig buiten staat vindende om de magt der Franken te wederstaan, ontweeken de dood of slaaverny, door belydenis van den Kristelyken Godsdienst te doen, en zig te laaten doopenGa naar voetnoot(v). |
|