hy en Verax, die uit zyne Zuster gebooren was, nevens Tutor en Klassikus, elk eene bende geleidden; op hoop dat hun 't geluk ergens mede loopen, en Cerealis, die onvoorzigtig genoeg herwaards en derwaards liep, in hunne handen vallen mogt. Die op de legerplaats der tiendelingen, te Arenakum, aanvielen, bragten den Soldaat, bezig met hout te houwen, in verwarring, versloegen den Bevelhebber, vyfder voornaamste Honderdmannen en eenige weinige Soldaaten. De overigen beschermden zig binnen de vesten. Ondertusschen poogde een hoop Germaanen te Batavodurum, de brug, die de Romeinen daar hadden begonnen te maaken, te overweldigen. Doch terwyl 't gevegt nog in de waagschaal hing, werdt het door den nagt gescheidenGa naar voetnoot(x). Grooter was 't gevaar by Grinnes en Vada. Civilis tasttè Vada, Klassikus Grinnes aan. Zy waren niet te stuiten. De dappersten der Romeinen werden verslaagen, en onder deezen ookGa naar margenoot+Julius Brigantikus, Overste eener vleugel Ruiteren, die, gelyk wy te vooren verhaalden, den Romeinen getrouw gebleeven, en
| |
op Civilis, zynen moederlyken Oom, zeer verbitterd was. Doch toen Cerialis, met eene bende Ruiteren, aankwam, keerde de kans. De Germaanen werden, hals overGa naar margenoot+hoofd, in den stroom gedreeven. Civilis, de vlugtenden wederhoudende, werdt bekend by den vyand, die, met werpgeweer, op hem mikte: des sprong hy van 't paard, en zwom over den Ryn; Tutor en Klassikus werden in gereed leggende schuiten overgevoerd. De Romeinsche vloot was toen niet by der hand, gelyk bevolen was, wordende door vreeze en om dat men den roeijeren ander werk gegeeven hadt wederhoudenGa naar voetnoot(y). |
-
voetnoot(4)
- Van deeze vier plaatsen, Arenakum, Batavodurum, Grinnes en Vada, worden 'er, in de Peutingerische Reiskaart, twee in het Land der Batavieren, daar Patavia genoemd, geplaatst; te weeten Arenacum of Arenatio, en Grinnes of Grinnibus. Arenatio is de eerste plaats beneden Burginatio; alwaar men, in de Reistafel van Antonyn, ook een Harenacium gesteld vindt. Men kau, uit de Peutingerische Reiskaart, niet opmaaken, of deeze plaatsen in het Eiland of in het vast Land der Batavieren gesteld worden, alzo daar, langs den zuidkant van Patavia, maar eene Rivier geplaatst wordt, met den naam van Patabus, zonder dat blyke, of 'er de Waal of de Maas door verstaan worde. Doch als men agt geeft op het verhaal van Tacitus, die te vooren (Hist. Libr. IV. Cap. 15.) gezeid hadt, dat Aquilius, aan het bovenste deel des Batavischen Eilands, eenig Krygsvolk by een hadt verzameld, en die hier (Libr. V. Cap. 20.) zegt, dat Civilis op deeze Legerplaatsen aanviel, na dat hy (Cap. 19.) in het Eiland geweeken was, wordt het waarschynlyk, dat men deeze Legerplaatsen, in het bovenste deel des Eilands, zoeken moest. De eigenlyke plaats is thans niet aan te wyzen: doch 't is zeker, dat Arenacum Arnbem niet zy, alzo deeze Stad, aan den regter oever des Ryns, buiten het Eiland, legt: en men vindt zo veel overeenkomst tusschen Arenacum en Aart, een Dorp in de Overbetuwe, en dus in het Eiland, als tusschen Arenacum en
Arnhem. Zie Alting Germ. infer. P.I. p. 8.
-
voetnoot(5)
-
Batavodurum, 't welk niemant dan Tacitus in het Eiland plaatst, wordt gemeenlyk voor Wyk te Duurstede, zekerlyk eene overoude Stad, gehouden. Het Batavodurum van Ptolomeus (zie boven Aant. (2) bl. 173.) heeft niet in het Eiland gelegen. Ook geeft Tacitus, aan ieder deezer vier legerplaatsen, en dus ook aan Batavodurum den naam van Wyk [Vicus]; welke naam men insgelyks op penningen vindt, die, in de negende eeuwe, te Duurstede gemunt zyn. Voiez Bouteroue Recherch. des Monn. de France p. 351. Zie ook Epist. II. Albini sive Alcuini apud Du Chesne Tom. II. p. 669.
-
voetnoot(6)
-
Grinnes wordt van sommigen voor Rheenen gehouden; van anderen voor Gorinchem. Anderen plaatsen het, tegen over de Buurt Remmerten, een weinig beneden Rheenen gelegen. Zie M. Alting Germ. infer. P.I. p. 80. Cluverii Germ. Ant. Libr. II. Cap. XXXVI. p. 484. G. van Loon Aloude Holl. Hist. I. Deel, bl. 147 en 181. Te Rheenen, als buiten het Eiland gelegen, kan de plaats van Grinnes niet zyn; waarom Cluverius gist, dat Grinnes, uit het Eiland, derwaards verplaatst is. Het zelfde vermoedt hy ook, wegens Arenacum en Vada.
-
voetnoot(7)
- Immers zo onzeker is de plaats van Vada, die sommigen te Wageningen, ook al buiten het Eiland; anderen te
Waardenburg, in den Tielerwaard; anderen een weinig beneden Arnhem, doch in het Eiland, omtrent Meyerik stellen. Cluverii Germ. Ant. Libr. II. Cap. XXXVI. p. 482. 484. Alting. Germ. infer. P.I. p. 127. Van Loon Aloude Holl. Hist. I. Deel, bl. 149, 182.
-
voetnoot(8)
- Dit Krygsvolk, immers het grootste gedeelte deszelfs, is hier, in het begin des oorlogs, niet gelegerd geweest. De tweede en tiende Keurbende waren, na Cerealis komst hier te lande, eerst herwaards gekomen. Ook eenige Ruiterbenden en Vleugels. Tacit. Hist. Libr. V. Cap. 14 & 19. Waarschynlyk is het, terstond na de nederlaag van Civilis by Vetera, hier gelegd geworden, ten zelfden tyde, als de veertiende Keurbende naar den Bovenryn geschikt werdt. Tacit. Hist. Libr. V. Cap. 19.
|