Hekeldichten

Met de aantekeningen der ‘Amersfoortsche’ uitgave

tekstkritische noten

De tekst van 1647 heeft in 't opschrift de bijvoeging: in sijn leven Professor der H. Godtheit aant. tot Leiden. vs. 4 't stoppen deser. 5 Stil k.s.h. stil, scheit. 6 werpt (= Am. uitg.).

Op Jacobus Arminius aant..

Dit 's 't aenzicht van Armyn, die 't zy hy schreef of sprak,
Het heiloos noodlot van Kalvijn gaf zulk een krak,
Dat Lucifer aant. noch beeft voor 't dondren van sijn lessen,
En d'Afgrondt aant. zwoegt en sweet om aant. stoppen deze bressen.
Sus kraemvrou, sprak hij, sus, schei vry gerust van hier:
Godt worpt aant. geen zuigeling in 't eeuwigh helsche vier.