Koning Edipus
Oude drukken en afwijkende lezingen
Van Koning Edipus zijn tijdens Vondels leven vier drukken verschenen. Onze tekst is afgedrukt naar de oudste, die in 1660 in het licht kwam; in hetzelfde jaar nog verschenen twee herdrukken, een in 4o en een in 8o. Het volgende jaar, 1661, bracht weer een nieuwe druk in 8o. Men vindt al deze drukken bij Unger kort beschreven onder de nummers 624-27.
De afwijkende lezingen der herdrukken zijn van weinig of geen belang voor de vaststelling van de tekst. Nergens blijkt dat Vondel zelf over die nieuwe uitgaven van zijn Edipus het oog heeft laten gaan: een stellig onjuiste lezing waerheit in vs. 1752 is in alle volgende drukken blijven staan; de drukfout doende voor doemde (vs. 1435, in rijm op noemde) is wel in 625 verbeterd, maar keert in 626-27 terug. Men wordt weerhouden uit deze verbetering met stelligheid te concluderen dat Vondel de eerste herdruk aan revisie heeft onderworpen, omdat deze zelfde druk, U. 625, andere storende drukfouten uit de eerste druk heeft behouden: bijv. Menceus voor Menceus, vs. 111 (alleen U 626 het juiste Menceus); niemants, vs. 80 (alleen U 626 niemant) en blijck, vs. 106 (alleen U 626 blijckt). Verder vertoont U 625 een aantal nieuwe drukfouten, enkele veranderingen in spelling en interpunctie. Enkele punten van verschil tussen de oorspr. uitgave en U 625 mogen hier volgen:
U 625: blz. 859, r. 32 om den hals; vs. 84 burgerye; 473 waerste; 821 wilt; 1215 mildaedigh, 1220 niet; 1381 u. Men zie verder de Tekstkritiek onder de afgedrukte tekst in dit deel.
U 626 staat het dichtst bij het origineel; in deze druk is aan de revisie de meeste zorg besteed (zie hierboven).
U 627 vertoont weer verschillende nieuwe drukfouten en wijkt orthografisch het meest af: het letterteken ij komt hier bijna niet voor, bijna regelmatig y. Het pronomen gij, ge, in de andere drukken steeds zonder h gespeld, vinden we hier als ghy, ghe (soms ge); haeren een enkele keer als hairen. Verder valt een sterke voorliefde voor a en e in open lettergrepen te constateren: plagen voor plaegen in de andere drukken, spreken voor spreecken enz.; dan meê voor me; beê voor be enz. Vondels spellingstelsel wordt in deze druk sterk gewijzigd.
Het gedicht uit de Opdracht, blz. 855, beginnende: Wat wijtge komt ook voor in Poëzy 1682 II, blz. 589 zonder afwijkingen; eveneens de versregels uit de Inhoudt, blz. 858, beginnende met O Laius, Labdaks zoon (Poëzy II, blz. 590). Verder is nog de vertaling van het aan Aristofanes toegeschreven gedicht (zie blz. 861) opgenomen in Poëzy II, blz. 390.
A.A. VERDENIUS