De werken van Vondel. Deel 5. 1645-1656

[p. 518]

Byschrift Op d'Afbeeldinge van den Heere Andries Bicker,
Heere van Engeleburgh, Raet en out Burgemeester t'Amsterdam.aant.^*

De stralen van de Kroon, die op stadts wapen flickeren,
Verworven door het gout van 't eerlijck bloet der Bickeren,^{vs. 2}

Getuigen d'oude en deught en staet van dit geslacht.³

De doordrift van den Vrede, ons toegevoert uit Spanje⁴
Door ENGLEBURGHS beleit, was waerdigh dat Oranje

Hem opeischte, en van zelf voor 't volck tot afstant braght.⁶

Zoo stut hy stadt en lant een ry van dertigh jaren.
Zoo maelt men ANDRIES best, noch gryzer dan zijn hairen.⁸

* Van 1650. Afgedr. volgens de tekst van de afz. uitgave in plano (Unger: Bibl. nr. 470). Gedicht op het eerherstel van Andries Gerritsz. Bicker, Heer van Engelenburg (vs. 5), 1597-1652. Burgemeester van Amsterdam van 1627-49. Hij was de leider van het verzet tegen het stadhouderlik gezag. Bij het verdrag van 3 Aug. 1650 eiste Willem II dat de gebroeders Bicker uit alle regeringsambten zouden worden buitengesloten. Toen de vroedschap dit weigerde goed te keuren, gingen de Bicker's vrijwilig heen. Na 's Prinsen dood werden ze in hun ambten hersteld (22 Nov. 1650).

vs. 2 het gout: de kostbare bezitting; eerlijck: eervol, edel.

3 oude: ouderdom.

4 De doordrift: het doorzetten.

6 van zelf: uit eigen beweging.

8 gryzer: rijper in ervaring.