Van of vóór 1650. Afgedrukt volgens de tekst van Poëzy 1650, blz. 190. In 't Opschrift: Diedrick Zweling of Swelinck (?-1652) was een zoon van de beroemde Jan Pietersz Swelinck, en evenals deze organist aan de Oude Kerk te Amsterdam.
Neef: kleinzoon; Grootvaêr: Pieter Swelinck, eveneens een bekend Amsterdams organist; de Fenix vader is dus Jan Pietersz. Swelinck, die door Hooft de ‘Feniks der Musieck’ genoemd werd.
David: nl. de psalmen van David, bij de kerkdienst, en op orgelkoncerten de muziek van Orlande, d.i. Orlandus Lassus (Ital. Orlando di Lasso), komponist, in 1532 te Bergen in Henegouwen geboren, in 1594 te München gestorven, genoot zijn muzikale vorming in Italië, waar hij op 21-jarige leeftijd kapelmeester aan San Giovanni in het Lateraan werd. Later bereisde hij Engeland en Frankrijk en leefde enige jaren in Antwerpen, tot hij in 1557 als eerste kapelmeester te München benoemd werd. Onder zijn talrijke nagelaten werken behoorden de beroemde zeven boetpsalmen, waarop Vondel hier misschien doelt.