De werken van Vondel. Deel 4. 1640-1645
(1930)–Joost van den Vondel– Auteursrecht onbekend
[pagina 597]
| |
De Kristdoop Gemaalt door Pauwels Veroner.aant.aant.Ga naar voetnoot*Een nederige Majesteit,
Aenminnige zachtzinnigheit,
En gunst, in Iesus aangezicht,Ga naar voetnootvs. 3
Bewegen 't hart, om zulck een licht,
5[regelnummer]
Zich spiegelende in Godts Iordaan,
T'aanbidden, en hier stil te staan:
T'aanschouwen, hoe het in dien stant
Vast overhelt, om van de hantGa naar voetnoot8
Des Boettrompetters, noit verdooft,Ga naar voetnoot9
10[regelnummer]
De druppels, op zijn buckend hooft,
T'ontfangen, willigh, en bereit:
Een teken van gehoorzaamheit
Aan Godt: ten klaren spiegel van
Den mensch, die Godt genaken kan,
15[regelnummer]
Op 't voorgebaande waterspoor.Ga naar voetnoot15
De hopman treet zijn krijghsliên voor.Ga naar voetnoot16
Aanschouw 't ootmoedighste gelaat:
Hoe hy zijn armen kruiswijs slaat
In een, en zijne borst bedeckt;Ga naar voetnoot19
20[regelnummer]
Terwijl de Vader, opgeweckt
Van boven, eert dien liefsten Zoon,Ga naar voetnoot20-21
En nederzent uit 's hemels troon
Den Geest, hun alle bey gemeen,Ga naar voetnoot23
En met den Zoon en Vader een
25[regelnummer]
Van wil en wesen. Zie, hoe straalt
De Duif, die uit de wolcken daalt,
Van simpelheit, onnozelheit,Ga naar voetnoot27
En goedigheit, zoo slecht en recht.Ga naar voetnoot28
Wie op dit stuck zijn aandacht hecht,Ga naar voetnoot29
30[regelnummer]
En inneemt wat dees Pauwels leert,Ga naar voetnoot30
Wort door penseel en verf bekeert.
|
|