De werken van Vondel. Deel 3. 1627-1640
(1929)–Joost van den Vondel– Auteursrecht onbekend
[pagina 427]
| |
Groete aan den Heer G. Staeckmans, Staet Generael.aant.aant.Ga naar voetnoot*O Staeckmans, 't ga u naar uw wensch;
Het sy ghy d'allerveerste grens
Der vrye landen stercken gaat;Ga naar voetnootvs. 3
Of, midden in den hoogen Raadt
5[regelnummer]
Der Staten, als een steen in 't gout,
Den glans van uw vernuft ontvouwt;
Of helpt, met rijpen raad in 't velt,
Den Veldheer stuiten 't Spaansch geweldt,
En drijven na sijn eige vest.
10[regelnummer]
Geluckigh is 't gemeene best,
Wanneer geleerde wijsheid, d'eerst
In aansien, over 't volleck heerst.Ga naar voetnoot11-12
Nu roockt van yver mijn papier;Ga naar voetnoot13
Om dat een hoofdt des lants noch vier
15[regelnummer]
In sijn beleefden boesem heeft,Ga naar voetnoot15
En met sijn geest de sporen geeft
Aen Nederlantsche Poësy:Ga naar voetnoot16-17
Na dat hy, als een honighby
Nu swanger van het Duitsche rijm,
20[regelnummer]
Vit puick van Roomsche en Griecksche tijmGa naar voetnoot20
Sich vol gesogen heeft en sat;
Soo dat 'er sijn beschaduwt bladt
Naar rieckt, waar dat de veder blinckt,
Die nectar geeft, in ste van inckt,
25[regelnummer]
En voedt met maat of mateloosGa naar voetnoot25
De siel met goddelijcke ambroos.Ga naar voetnoot26
|
|