De werken van Vondel. Deel 3. 1627-1640
(1929)–Joost van den Vondel– Auteursrecht onbekendOrakelaant.aant.Ga naar voetnoot*Ovd Rome heeft barens nood en hartenwee geleden,
Doen 't, overrompelt van der Gotten overtoght,Ga naar voetnootvs. 2
Eens smaeckte, 't geen het schonck dien, die het overmoght:Ga naar voetnoot3
En sagh in vier en bloed d'Italiaensche steden.
5[regelnummer]
Nieu Rome, in arbeyd, hoort de barsse wapens smeden:Ga naar voetnoot5
Waermé de neerlaegh weer des Tibers word gesocht,
Door eenen Christen Mars, aen 's hemels eed verknocht,Ga naar voetnoot7
Geboren in den schoot van 't ysren ryck van Sweden.Ga naar voetnoot8
Dees blixemt, met de kling, en braeckende pistool,Ga naar voetnoot9
10[regelnummer]
En trappelt, met syn' hoef, op 't harte van den Pool,Ga naar voetnoot10
Op d'Oostenryckers heup. 't is tyd dat Remus schroome:Ga naar voetnoot11
Want dese bey gesloopt, soo geeft hy't woeden bot,Ga naar voetnoot12
En voert syn nootlot wt, en schryft sich, als een God:
te Gottenburgh.
1628.
|
|