De werken van Vondel. Deel 2. 1620-1627
(1929)–Joost van den Vondel– Auteursrecht onbekend
[pagina 480]
| |
Klinck-dicht.aant.aant.aant.Ga naar voetnoot*Die Christenen ontzeit den Christelijken beker,Ga naar voetnoot1
Dat's een geweldenaer in Christus Koninkrijk;
God Vader heeft syn feest bereit voor yegelijk
Die in den Soon gelooft, dat woort blyft vast en zeker.
5[regelnummer]
Wat meet gy u dan toe, ô sotte logen-preeker!Ga naar voetnoot5
O overdwaalsch tyran! schyn-heylig stof en slijk!Ga naar voetnoot6
Die dwingelandery pleegt in eens anders wijk:Ga naar voetnoot7
Gewetens Beudel vrees den Goddelijken wreker.Ga naar voetnoot8
Een oprecht harder weit met sorg syn lieve lammeren,Ga naar voetnoot9
10[regelnummer]
En hoedse voor den wolf, en sal sich hunner jammeren:Ga naar voetnoot10
Een reukloos huureling misbruict den harder-staf,Ga naar voetnoot11
En slaat en schopt en stoot des Heeren lieve kudden,
Verwaareloost syn wacht, in steede van beschudden:Ga naar voetnoot13
Een harder lieflijk is, een huurlings harte-straf.Ga naar voetnoot14
I.V.V.
|
|