Briefwisseling oor Kaapse sake 1778-1792
(1982)–Hendrik Swellengrebel jr.– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 185]
| |
XXIV H. Cloete aan SwellengrebelGa naar voetnoot1.Caabsche Nouvelles van t Jaar 1781 Februarij 1. is Joh. Swanepoel d'oude gecondemneert voor de tijd zijns levens op t Robben Eyland.Ga naar voetnoot2. do. 23 is de Heer Martin MelkGa naar voetnoot3. overleeden. Omtrent medio februarij heeft daniel Verwij de reijse na Europa als een goed Patriot aangenoomen. hij heeft hier toe geen permissie kunnen obtineeren, dan onder Conditie zijn huysvrouw meede te neemen die ook met hem is vertrokken.Ga naar voetnoot4. den 20 Maart is mijn zoon Pieter CloeteGa naar voetnoot5. als Extra ordinair Ingenieur in 's Comp. dienst aangesteld. in Maart heeft de Hr. Predikant van der Spuy zijn ontslag geobtineerd als Emeritus.Ga naar voetnoot6. do. d'Eerste predicatie door den Heer BodeGa naar voetnoot7. aan de Paarl gedaan zijnde, zijn bij die gelegendheid alle de Kinderen die zoo lange Jaaren ongedoopt gebleven zijn de Kerke ingelijft en hebben den Heiligen doop ontfangen. den 30 Maart is ons de oorlogs declaratie door een frans Corvet of Jaager bedeelt geworden.Ga naar voetnoot8. gem. Predicant van der Spuy zig wegens den oorlog nog aan de Paarl met er woon bevindende, komt egter nooit | |
[pagina 186]
| |
onder t gehoor van den godsdienst, schoon er maandelijks beurtgewijs gepredikt word. den 7 April is P.L. CloeteGa naar voetnoot9. in s Comp. dienst als pennist egter zonder qualiteyt of gagie getreeden. den 30 Junij is Nuy NiezingGa naar voetnoot10. overleeden. den 10 Julij is t Keiserlijk schipGa naar voetnoot11. dat ons hier de tijding van den oorlog zoude brengen eerst ter Caabse reede gekoomen. intussen heeft zedert dat men alhier de tijding van de oorlogsdeclaratie had ontfangen, altoos vaste en swaare piquetten van dooleGa naar voetnoot12. boeren met hun groote roeren aan de Caab geleegen, daar en boven hebben nog onder Commando van gerrit MunninkGa naar voetnoot13. en zijn Lieutenant Jeremias AuretGa naar voetnoot14. aan Muyzenburg geleegen 200 welgedresseerde Bastaard Hottentotten die allen wonder wel met Schietgeweer konnen omgaan. item onder Commando van Hendk. Ecksteen pietersGa naar voetnoot15. en Lieutenant Alexander van BredaGa naar voetnoot16. in de Houtbaay met 200 man do. Laastgem. Comm. en Lieutenant zijn door hun slegte behandeling omtrent de Hottentotten van hunnen dienst ontslagenGa naar voetnoot17. en alle voorgenoemde Bastaard Hottentotten ten getalle van ruym 400 sorteeren thans onder opgem. gerrit Munnik en blijven bij Continuatie op de wagt. De Europeese Banditen van t EylandGa naar voetnoot18. zijn gedeeltelijk versonden en aan de deenen die verleegen waren om volk afgegeeven, ook eenige op onse schepen geplaast, mijn oude SwanepoelGa naar voetnoot19. is soo verre gelargeert | |
[pagina 187]
| |
mits aan de Caap onder t oog te blijven, de swarte banditen blijven meest gekluisterd aan de Caap onder opsigt van een gewapende wagt, alsoo dat 't robben Eiland thans onbevolkt legt. de scheepen welke den 16 May in de Saldanha Baay waaren gekoomen sijn genaamtGa naar voetnoot20. Hoog Carspel (Schipp. gerrit Harmeyer) Middelburg (van gennip) Honkoop (Axellandt) de Paarl (Plokkert), alle vier van China en de dankbaarheit van Bengaalen (Steedsel). op den 21 Julij zijn deese scheepen door den Engelsen Command. JohnstoneGa naar voetnoot21. genoodsaakt geworden hunne scheepen op strand te setten, en getragt deselve te verbranden, het welk aan 't schip Middelburg gebeurd is, s morgens om 10 uuren sijn de vijandelijke scheepen in 't gesigt gekoomen, en om twaalf uuren hebben onse scheepelingen de scheepen moeten verlaaten, en met de vlugt sig gesauveerd naar de Caap. drie van de Manschappen van 't schip Middelburg sijn door de vijanden aan land reets sijnde doodgeschooten, een Engelse Krijgsgevangene, een Bandiet van t Eiland en de derde een Maleisse priester mede een banneling van 't Eylandt. vier Schepen sijn dus in hunne handen gebleeven die sij den 23 daar aan volgende mede hebben genoomen, doen sij de baay weder verlieten. de twee Hoekers de Son en de Snelheid die mede daar leyden hebben sij laaten liggen, maar de zeilen die van de Comp. scheepen in de hoeker de snelheid gelegt waaren, hebben sij daar uyt genoomen. op de plaats van gildenhuyseGa naar voetnoot22. hebben de vijanden eenige brutaliteit gedaan, maar soo veel niet als men van een vijand soude verwagten. Sijl hebben getragt met soo veel spoed uijt de Saldanha Baay te koomen, als mogelijk was, denkelijk bedugt, dat het Esquader van den fransen Command. Suffrein,Ga naar voetnoot23. sterk vijff scheepen van Linie, hen in soude sluiten, die doen in de baay fals lag, die dan ook alle preparatie daartoe heeft gemaakt maar te lang is opgehouden door een sijner sterkste Scheepen, die doen nog masteloos lag, en hun verblijf te kort is geweest. waar sij hunne roete naar toe hebben genoomen, blijft voor als nog een gissing. het Esquader van John- | |
[pagina 188]
| |
stone bestond, soo als hier niet anders bespeurd wierd, uijt 5 Scheepen van Linie en 3 fregatten, 7 Comp. scheepen, en 25 transport scheepen. men heeft op de aannaderinge der Engelse vloot blijken gesien van den stok grijsen ouderdom tot den jongsten toe hunne groote bereidwilligheid in 't schielijk opkoomen uyt de verste afgeleege woonplaatsen, soo wel als die nabij waaren, en hunne brandende begeerte om tegens de Engelse hunne manmoedigheid te kunnen toonen, 't geen nog dagelijks toeneemt. t is een waaragtige geschiedenis dat eene EsterhuysenGa naar voetnoot24. op de weg na t roggevolt zijnde en geordonneert was geweest bij een generaal opontbod niet op te koomen, maar een wakend oog in zijn buurt te houden, waagen en beesten zoo op de weg heeft laaten staan, en te voet soo sterk na de Caap is geloopen als men van een vlugge Hottentot zoude verwagten, voor geevende dat hij geen verwijt woude hebben, dat een ander zijn leeven heeft gewaagt, en hij was thuys gebleeven. ik heb die persoon sien loopen, en ook gesprooken. en soo brandende sijn onse boeren meest al. den 16 Aug. mij in geselschap van de Heer van GennipGa naar voetnoot25. op Constantia aan tafel bevindende, ontfing ik de aangenaame tijding dat mijn schoondogter AntjeGa naar voetnoot26. dien zelfden morgen ten 6 uur op nooitgedagt bevallen was van een welgeschape Jonge dogter.Ga naar voetnoot27. 't welk mij zoodanig verheugde dat ik met een blijgemoed een glaasje hondert jaarige rhijnse Wijn, die mijn voor eenige Jaaren van mijn vriend CasselGa naar voetnoot28. ten geschenk was gesonden, uijtdronk, bij welke gelegendheid UWelEd. Hermitagie wijn ook aangesprooken wierd, terwijl men niet vergat beide de zenders hun gesondheid met een Vollentje te drinken. hadde ik van Uw gewoonlijke rooktabak gehad, soude de heerlijke nectar beeter gesmaakt hebben. mijn Constantie wijn oogst is dat Jaar zoo aanzienlijk en zoo kostbaar uytgevallen, dat volgens 't getuijgenis der buuren nooit grooter nog beeter is geweest. den 22 Aug. s morgens David Schalk van der Merwe bij mij gehad hebbende, deelde hij mij t volgende relaas meede. dat verscheide boeren | |
[pagina 189]
| |
onder voorwendsel dat hun d' een 400 d' ander 300 p. beesten door de Caffers waren ontstolen, zig in Commando in t gepasseerde maand Julij in t Cafferland hadden begeeven, en aldaar niet alleen circa 1000 Caffers om t leven gebragt maar nog mede gevoerd hadden 1 5000 runderen die zij onder elkanderen hebben verdeeld;Ga naar voetnoot29. gem. david Schalk van der Merwe, wiens zoonenGa naar voetnoot30. mede op Commando zijn geweest, heeft mij versogt UWelEd. nogmaals voor 't gesondene geweer te bedanken en sijn Complimenten in deesen te insereeren. den 24 Octb. is broeder LaubscherGa naar voetnoot31. overleeden. den 26 Novemb. is overleeden den Lit van Justitie en Pakhuijsmeester den E. heer P.L. Le Sueur en zijn Ed. plaats is vervult door den Landdrost van Stellenbosch O.G. de Wet.Ga naar voetnoot32. en in zijn Ed. plaats tot landdrost van Stellenbosch is aangestelt den Landdrost van Swellendam Sr. Daniel van RijneveldGa naar voetnoot33. en in desselfs plaats tot Landdrost den Boekhouder Nuel van Onkruijt.Ga naar voetnoot34. den 1 Decemb. is overleeden den adjunct Fiscaal Timmer.Ga naar voetnoot35. 1782. den 13 Jan. is dh Staring Lit van Politie en Equipagemeester na een hier ter Rheede liggend deens schip gegaan om hem 't arrest aan te seggen en teffens het roer van sijn schip te ligten. t woord was er naauwelijks uyt of hem is alle hoon en smaad aangedaan, t schip ligte zijn anker en ging met hem en de Cap. Militair de Lille die een vriend aan dien bodem was gaan verwelkommen meede ondersyl, dog wierd in schielijkheid soodanig meest van onse Cannonniers gecanonneert dat hij door de menigvulbige Grondschooten ten anker moest gaan. Schip wierd vervolgens van ons volk bemand, de Capt. met een detachement aan de wal in arrest gebragt, t was sondag maar ik zag meer | |
[pagina 190]
| |
menschen aan strand als uyt de kerk koomen. vervolgens sijn verscheide moeyelijkheden opgevolgt, te veel hier te insereeren, eindelijk is de Cap. met sijn bodem vertrokken, en men heeft ook tijding dat hij gelukkig in denemarken is gearriveert.Ga naar voetnoot36. den 18 februarij is bovengem. heer Staring met sijn vrouwGa naar voetnoot37. en Hendk. Mulder,Ga naar voetnoot38. boekhouder van de werf, met een deens schip na Europa vertrokken. den 30 Aug. is van KervelGa naar voetnoot39. overleeden. mijn oom, den gedeporteerden en inhabil verklaarden burger officier D.J. Bleumer, heeft op sijn versondene vonnis en request na batavia tot zijn groote vreugde in Novb. van de hooge regeering, alhier een volkome en onherroepelijke reparatie van zijn Eer ontfangen.Ga naar voetnoot40. den 2 dec. arreveerde hier ter Rheede t fregat van Oorlog Brunswijk, Cap. J. Pruijst, en 't fregat de Jason, Cap. Jan Sels, met 8 Comp. scheepen waar van 7 gearmeerd en een met Comp. goederen belaaden.Ga naar voetnoot41. een singulier geval in deese onse Weereld. na dat Mevrouw van Oudshoorn,Ga naar voetnoot42. oud zijnde 61 jaar zedert eenige maanden herwaarts zeer veel smaak in t soete geselschap van een circa 20 Jaarig Luxemburger Lieutenant gen. St. MauriceGa naar voetnoot43. hadde gekreegen, is zij eindelijk tot groote verwonderinge van ons alle daar zij andersints wijnig sondaagen te vooren, door een swak senuw gestel in de kerk tot op haar zitplaats nog moest geleid worden, dat mijn oogen hebben gesien, daar en tegen in 't begin van decemb. seer ontijdig snagts uijt haar huijs staande op de heeregragt | |
[pagina 191]
| |
naast de Wed. Evert van Schoor,Ga naar voetnoot44. een mans manteljas omhebbende, verselt door haar bruydegom St. Maurice zig zoo sterk, en trippelig heeft bevonden, van daar tot de uijterste uijthoek van de Caab ten huijse van dh. Hendk. Ecksteen HendszoonGa naar voetnoot45. die met de zijne reeds slapende was, zijnde t logement van den Luxemburger Colonel dugonnet,Ga naar voetnoot46. heeft kunnen gaan, alwaar de roomse PriesterGa naar voetnoot47. is ontbooden, en daar komende versogt wierd hen beide te trouwen, die zig Excuseerde, voorgeevende dat terwijl die bijde religies te veel verscheelde, zulx zonder voorkennis van den gouverneur niet te durven doen, waar op zij zoude geantwoord hebben: ik declareere mij van stonden aan de roomsche religie te omhelsen. de paap vernam dat het bed reeds in gereedheid was, en verdere toebereidzelen onfijlbaar tot 't huwelijk was ingerigt, vond zig dog niet zonder reeden genoodsaakt te zeggen, vermits hij niemand trouwen mogt als in zijn priesterlijk habiet dat hij doen niet omhad, ten dien eijnde schielijk na huijs zoude gaan om zig aan te kleeden. de paap vergat weeder te koomen en maakte dat hij uijt de stof bleef. de bruyd en bruydegom verdween ingslijk om den dageraad niet af te wagten. daags te vooren met vallen van den avond liet zig een Luxemburger officier te stellenbosch bij den drost Rijneveld vinden, verthoonende een Eygenhandig briefje van Mevr. van Oudshoorn waarin zij zijn Edele dat onder hem berustende Contanten, circa 150 rds., mitsgaders alle Wissels, scheepekennis,Ga naar voetnoot48. obligatien te samen so men segt vijff ton soude bedraagen, op sijn vriendelijkst liet versoeken aan den brenger deeses sonder faut te willen afgeeven, N.B. twee ordonnantien ruyters wierd van den drost mede gesonden, niet alleen om dat het die selfde nagt aan de Caap moest weesen, maar ook om t secuur in haar handen te stellen, en t gevolg van dien was dat zijlieden diezelfde nagt aan de Caab ten huyze van dh. Pieter Meyering,Ga naar voetnoot49. alwaar de Bruydegom S. Maurice gelogeert was, alle voor zijn deur ter houw kwamen, denkelijk door een afspraak, sonder sooveel gewag te maaken dat Meyering of de zijne daar over ontsliepGa naar voetnoot50. wierd zijn deur geopent. de behendigheid der Luxem- | |
[pagina 192]
| |
burgers was zoo groot met uyt en ingaan van t huys dat de 2 ordonnantie ruyters met waarheid niet zoude konnen zeggen waar de man of papieren eindelijk beland zijn. goede verrigting! S'anderen daags t een en ander rugtbaar zijnde, verscheen in t huys van Meyering bij de benoemde bruydegom ter ondersoek van die penn. 2 gecomm. van justitie, t welk al gedeeltelijk aan zijn meedepleegers en raadslieden was verdeelt dog de meeste bij de Collonel dugonnet, waarom zij beide met andere gesogte en gevonde redenen in arrest zijn geset en na Europa versonden, men segt dat alle de papieren en penningen dog niet sonder groote moeite weder sijn te regt gekoomen. Mevrouw is blijven presteerenGa naar voetnoot51. soo voor de regeering, Predecanten en familie, noit een manspersoon soo sterk te hebben bemint als hem S. Maurice en daarom met hem te willen en sullen trouwen. zij is Stads kindt gemaaktGa naar voetnoot52. en haar stoel direct uyt de kerk genoomen. hier mede zijn nog verscheide dingen gepaart dog is genoeg voor een pieuse Mevrouw, Paerel en voorbeeld van de Caabsche kerk. tussen den 15 en 20 dec. arriveerde hier aan Cabo uyt 't land 2 Engelse Matroosen, brengende deese volgende tijding, dat op den 4 Aug. laastleeden bij de rivier Aderzadeira de natal ofte anders Caap Natal, gestrand was 't Engelse Comp. chip the Grosvenor,Ga naar voetnoot53. Cap. John Cocirus, dewelke aan boord had 2 franse officiers van t regem. Pondicherij namen. Coll. d' EsponetteGa naar voetnoot54. en Cap. Olivier,Ga naar voetnoot55. den Engelse Coll. James benevens vrouw en famillie,Ga naar voetnoot56. 't Hollands opperhoofd dHr. Hooijer benevens vrouw en | |
[pagina 193]
| |
3 kinderen,Ga naar voetnoot57. dhr. Williams,Ga naar voetnoot58. TaylorGa naar voetnoot59. en dhr. Niemand,Ga naar voetnoot60. engelse Cooplieden van Bengaalen, 136 CoppenGa naar voetnoot61. zijn geland maar verscheide zijn reets door de Caffers om t leven gebragt. hier op ten eersten order gegeven dat den Burger Officier van Swellendam Hilger Mulder met 100 man en den burger officier Agter de Bruyntjes hoogte Corn. BotmaGa naar voetnoot62. ook met 100 man, te saamen 200 man behalven de bijloopers of Hottentotten, ter afhaalinge van die gestrande lieden soude aftrekken. t lang gewenste Commando slaat nu vast Caffers bij deese goede gelegendheid.Ga naar voetnoot63. in decemb. is hier uyt Europa gearriveert Jan SerrurierGa naar voetnoot64. die 2 daagen na zijn komstGa naar voetnoot65. is aangestelt als adjunct Fiscaal. 1783 den 19 Jan. is den Emeritus zijnde predicant van der Spuy, oud 60 Jaaren, aan Cabo woonagtig, in t Swartland door den Eerw. Heer Goldbag met de Jonge Juffr. Maria Atleda oud soo men seg 33 Jaaren,Ga naar voetnoot66. in den Egten Staat verbonden, en de Eerw. Heer KuysGa naar voetnoot67. staat eerstdaags sijn gemeinte te waveren te verlaaten en op sijn Eerwaarde vesoek t predik ampt op drakenstein te sullen bekleeden. ik vrees dat deesen stouten stap meer door den vijgeboom, wijnstok en andere boomvrugten | |
[pagina 194]
| |
als door een groot gedeelte van sijn gemeinte sal moeten versoet worden, blijkens hier inliggend staalje No. 1.Ga naar voetnoot68. Mevrouw van Plettenberg,Ga naar voetnoot69. Capit. Serrurrier,Ga naar voetnoot70. zijn liefsteGa naar voetnoot71. en dogterGa naar voetnoot72. zijn in deese maand schielijk geresolveerd met een Pruis Schip te repatrieeren. de laatste gem. zijn slaaven en slaavinnen, bestaande klein en groot, jonk en oud 32 p., was reeds voor 37000 gl. aan Jan van ReenenGa naar voetnoot73. versprooken, maar siet, t gesigt van een ongelukkig en vergaanend schip door Juff. Serrurrier in een droom gesien wierd, is deese reys ras verijdeld. de gemeinte van drakenstein verstaan hebbende dat zij lieden gem. Heer Kuys tot hunne predicant zoude krijgen, heeft terstond kerkevergadering laaten beleggen, en in geschrift aan den kerkenraad versogt ten spoedigsten aan opgem. Kuys te laaten weeten dat terwijl zijn Eerwaarde te waveren vendutie staat te houden, zulks niet moest doen met die intentie om als Predicant op drakenstein te komen, vermits zijlieden reeds bij den Classis voor hun een Predicant versogt had, en ook daagelijks te wagten is, meergem. Heer Kuys niet accepteeren sal. t een en ander is geschiet en tot antwoord bekoomen ik sal er mij niet aan stooren. in soo verre heeft de vendutie zijn voortgang genoomen dat er nog niets anders is verkogt als wat rommeling. men zegt dat zijn Eerwaarde een Text zoude opgegeeven weesen Zach: 11 v. 17.Ga naar voetnoot74. dikwils gem. heer Kuys ziet van draakenstein, dat zijn Eerwaarde ook geraaden is, ten Eenemaal af. nu loopt gerugt dat die van Waveren Kuys niet weer hebben willen, met verscheide Expressies die nader Confirmatie verEysschen. den 7 feb. arriveerde weederom hier ter Rheede 7 scheepen met verscheide Vlaggen brengende ons troepes schoon volk. dus weemeld de Caap van Weerbare Mannen.Ga naar voetnoot75. | |
[pagina 195]
| |
den 11 feb. zijn vier van die gearriveerde E. Comp. scheepen met 't regiment Luxemburgers van hier na Ceilon vertrokken, ook is daar een frans schip onder protexie van onse Hollandse Vlag na Mauricius mede gegaan. NB op wat datum de Luxemburgers benevens verscheide andere troupes die reets na India zijn, mitsgaders de troepen die op de Caab sijn en ook zullen blijven, successivelijk hier zijn aangekoomen, kan ik door versuym van aanteekenen niet meede deelen.Ga naar voetnoot76. den 19 Maart is de Predicant goldbag aan de Caab overleeden. hij was opgekomen klagende over een kleine sweer agter in de nek, daar aan is hij subiet komen te sterven, zijn gemeente verliest een deftig leeraar.Ga naar voetnoot77. |
|