Het hart naar boven. Religieuze poëzie uit de zeventiende eeuw
(1999)–Ton van Strien, Els Stronks– Auteursrechtelijk beschermdWyse dwaasheid, gekosen voor de dwaase wysheidaant.De Gods-geleerdheid op een Philosophse snee
En niewe snuf geset, mag spitse herssens streelen,
Die rede-kunstig sterk op keur van klanken speelen:
Maar deelt aan 't sieke hert de kern van troost niet mee
5[regelnummer]
De naakte eenvoudigheid, maakt veel gewisser tree
Op 't pad der wysheid Gods, (Dat kanmen niet verheelen)
Hy wil aan Kindertjes, syn Heyl woord toe doen deelen:
Wie hem behaagen wil, kiest dan het laatst van twee.
Waar toe hier 't Seyl soo hoog en scherp in top te halen,
10[regelnummer]
Daar God genadelijk soo laag tot ons wouw dalen,
Op dat ons oordeel buyg voor syn Getuygenis?
De Schilder moet op 't best sig sengen, die de Straalen
Van 't ongeschapen ligt, vernuftig af wil maalen:
Wy moeten niet verstaan 't geen aan te bidden is.
|
|