Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
(1923-1925)–F.A. Stoett– Auteursrecht onbekend2340. Ergens een veer laten,d.w.z. verlies lijden; besproken, belasterd worden; eig. gezegd van een vogel, die in een gevecht een veer verliest; bij overdracht toegepast op personen, die iets van het hunne moeten inboeten; bep. schade lijden aan hun goeden naam. Zie mhd. ein feder lassen, einbusse erleiden; Sart. III, 2, 52: Ghy sulter van u veeren moeten laten, in hominem alieni rapacem ac violentem. Hier heeft dus de uitdr. de bet. van: gij zult er | |
[pagina 391]
| |
bestolen worden, gij zult iets van het uwe (nl. geld) moeten missen, schade lijden; vgl. in dezen zin Campen, 111: hy hefter al een stertveere gelaten; Sart. IV, 27: hem is een steert-veer getrocken; Hooft, Brieven, 199; Ned. Hist. 240: Zoo de Landtzaat naa de geringste vordering taalde, hy moest onder hunnen (der Spanjaarden) arm deur, en daar eerst van zyn' veêren laaten; Tuinman I, 24; Sewel, 837: Hy heeft 'er van zyn veeren gelaaten, hy heeft 'er schaade geleeden; Handelsblad, 28 Juli 1915 p. 4 k. 4: De uitslag der herstemming toont dat de vrijzinnigen vrij wat veeren in dezen strijd hebben gelaten. Dat zij al vroeg ook toegepast werd op iemands goeden naam blijkt uit Campen, 118: Daer en can niet een voegel verby vliegen oft ghy moeten der een veer afhebben; Van Moerk. 330; De Brune, Bank. I, 376: Niemand zoo scheut-vry, of hy moet by hun, of dye of vleugel, of ten minsten, van zijn veren laten; J.v.d. Veen, Zinnebeelden, 14: Gij spotters die verwaant van yeder-een een veer trekt, weet, dat men achter rugh met u noch tienmaal meer gekt; Paffenrode, 85: Daer halense dan de goe luy over, en spreken van idereen quaed;
Ja, daer is haest in de heele stad niet een dieder niet een veer en laet.
Sewel, 837: Al wien zy zien, moet by hun een veer laaten (zy zien niemand of zy spreeken 'er van), no body can pass them unmolested. De zegswijze is dus te vergelijken met De Brune, Bank. I, 3: dye of vleughel laten; het Neder-Betuwsche 'ne vlarrek laoteGa naar voetnoot1); het Zuidnederlandsche van zijne pluimen latenGa naar voetnoot2); haar (moeten) laten (hd. Haare lassen), iets van het zijne moeten inboeten, het kind van de rekening worden, maar ook gebruikt ‘met betrekking tot de schade die aan iemands goeden naam door kwaadsprekende tongen berokkend wordt’; Ndl. Wdb. V, 1401; 1411; Handelsblad, 28 Januari 1915 (ochtendbl.) p. 2 k. 5: In de revue ‘Verboden Toegang’ moet de Haagsche Raad weer verscheiden veeren laten; Nw. School, V, 342: De hooge oomes, die boekjes leuteren, zullen veeren moeten laten; De Vrijheid, 28 Mei 1924, 3de bl. k. 2: Ook de sociaal-democraten echter hadden veeren moeten laten (bij de verkiezingen); Amsterdammer, 18 Aug. 1923, p. 1 k. 4: Onwaarschijnlijk klinkt het niet, dat de ambtenaren weer het kind van de rekening zullen worden. Onder Minister De Geer hebben ze al een veer moeten laten: de pensioensbijdrage; minister Colijn zal ze nog wat kaler willen plukken. Van lichamelijke schade is sprake in Handelsblad 25 Sept. 1915 p. 1 k. 5 (avondbl.): Nu terug, eindelijk terug (gewonde krijgsgevangenen) - Donnerwetter ze hadden een veer moeten laten in het vreemde land. Maar de dokters zouden wel helpen met kunstarmen en -beenen. In het fri. in fear litte; hd. Federn lassen, schade lijden; ook Wolle lassen (Schrader, 438); fr. laisser des plumes; tirer une plume de l'aile à qqn; tirer à qqn pied ou aile (Hatzf. 2153). Zie no. 2344. |
|