Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
(1923-1925)–F.A. Stoett– Auteursrecht onbekend2283. De tramontane kwijt zijn,d.w.z. zijne bezinning verloren hebben; buiten westen zijn, van zijn stuk zijn; dronken zijn; fr. perdre la tramontane, le nord ou la carte. Onder tramontane moet worden verstaan de noordenwind in Italië. ‘De zeelieden zullen bij hun drukke vaart op Genua, Venetie en Triest er dikwijls hun voordeel mee gedaan hebben. Ze zullen hun spijt erover uitgedrukt hebben, als ze dien wind niet meer in de zeilen hadden en in katzwijm lagen, dat ze hun tramontane kwijt waren. De uitdr. zal derhalve beduiden: Niet meer tot handelen of goed handelen in staat zijn, doordat men zijn bezinning verloren heeft’Ga naar voetnoot1). In de 18de eeuw komt deze uitdr. voor bij Van Effen, Spect. IX, 111: De tramontane waart gy kwyt voor den ganschen avond, kost geen eene party meer winnen. Zie J. Lublink de Jonge, Brieven en Briefwisseling, 92; Harreb. II, 342 b; Overijs. Alm. 1845: ... Daer raak ik ... de tra-amonta-ane kweit en doikel ik perdoes van de leêr langs de geut naar benee-en; Uit één | |
[pagina 367]
| |
pen, 47: Ik raakte knapjes van mijn tramontane; Jong. 196: Ze was er eerst een beetje door van der tramontane en zat te suffen; Jord. 423: Dat bracht haar toch geheel van streek - om fen je tremeletoan te roake... kermde ze; S. en S. 65: Jonges, dat gaf me 'n fijn slokkie, en nòg een en zoo - niet dat ze nou van d'r trametane ware, maar toch ware ze alle vier niet erg zuiver; bl. 82: En drie dage en nachte zijn ze an 't zwabbere gebleve. En eindelijk, dat Snok z'n trimmetane werom had, bedacht ie met schrik, enz.; Jord. II, 392: Zoo verloor ze d'r tramontane; A.t.A. 132: Als je d'r is een neutje te veel mot drinken, kan je 's morgens je trementanen niet altijd bij mekaar hebben; Loquela, 501: In of uit zijn tirmontane, trimetaan, triimtra zijn, in of uit zijn hum zijn, niet op zijn dreef zijnGa naar voetnoot1). |
|