Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
(1923-1925)–F.A. Stoett– Auteursrecht onbekend2242. Op het tapijt brengen,d.w.z. ter sprake brengen, int voorste brengen (Goeree en Overflakkee); met iets op 't tapijt komen, iets ter sprake brengen, eig. in de vergadering, waar een groen lakensch kleed (het tapijt, fr. le tapisGa naar voetnoot6)) over de tafel ligt, iets ter sprake, ter tafelGa naar voetnoot7) brengen. Het is mogelijk, dat de uitdr. een rechtsterm is en eig. wil zeggen voor het gerecht brengen; vgl. Ned. Proza, 55: Ende si namen den onsaligen prister, ende brachten hem lyflick ende levende in der vierschaer op die tapiteGa naar voetnoot8). In de 17de eeuw is zij reeds vrij gewoon; zie Gew. Weuw. II, 6: Iets op 't tapijt voeren; Verm. Avant. II, 4: d'Ongenode begost alderley loopjes en snakery op het tapyt te brengen; ook ald. bl. 303; Brandt, Leven v. de Ruyter (anno 1701), bl. 65; Kluchtspel III, 328; Van Effen, Spect. III, 109: Zo dra, | |
[pagina 349]
| |
by voorbeeld, het rugtbaar onder onze Landgenoten word, dat'er by de wyze bestierders van ons Vaderland iets nieuws op het tapyt is; V. Janus, 18; Halma, 629: Eene zaak op het tapijt brengen, iets in een vergadering voorstellen, mettre une affaire sur le tapis, la proposer dans une assembleé; Sewel, 774; Nw. School VIII, 49: Ieder van ons weet immers, dat het spul pas goed begint als de vraag op het tapijt raakt: moet onschuldig veroordeeld met een d of een t; Joos, 108; Afrik. hy kom altyd met die saak op die tapyt; Waasch Idiot. 643 b. Ook in het eng. kent men to be or to bring on the carpet (or the tapis); in het hd. etwas aufs Tapet bringen (Grimm XI, 132); in Groningen: op 't aliment komen met iets (Molema, 6 a); iets op batterij brengen (Molema, 20 b; zie no. 167). Bij Speenhof II, 113: Van 't tapijt verdwijnen. |
|