Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
(1923-1925)–F.A. Stoett– Auteursrecht onbekend2165. Steen en been klagen,d.i. zeer luid, zeer heftig klagen, putten in de eerde klagen, steenen uit den grond klagen, zooals men o.a. in Zuid-Nederland zegt; fri. stien en bien kleye. Vgl. Afrik. hy kla steen en been; hd. Stein und Bein schwören; nd. Stên und Bên flôken; lat. Jovem lapidem jurare; mnl. stoc ende stene sweren; bloet ende sweet sweren (bij het bloed en het zweet van Christus); up die (of ten) heilighen swerenGa naar voetnoot1). De Germanen zwoeren bij heilige steenen, later na de invoering van het Christendom bij den grafsteen van een heiligeGa naar voetnoot2) of bij het altaarGa naar voetnoot3), dat van steen is en waarin zich thans nog altijd een steen bevindt, waaronder gebeente van een heilige ligt. In navolging van deze formule steen en been zweren, dat is zweren bij al wat heilig is, kon dan later gezegd zijn steen en been klagen, jammerenGa naar voetnoot4). |
|