sprong staat, is zelf de schaduw der schaduw een zot verdichtsel. Bij Schuermans, 664 b: op het springen staan of op sprong staan, op 't punt zijn van aan de deur gezet te worden; in het oostfri. dat steid up de sprung. In de 17de eeuw beteekende op een sprong, ter sprong, eensklaps, dadelijk, schielijk, fr. tout d'un saut; syn. op een bocht; vgl. Vondel, Lucifer, vs. 851; Pers, 215 a; Huygens I, 167; Tuinman I, 351. Ook in het hd. auf dem Sprunge stehen.