Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

2044. De sigaar zijn,Ga naar eind2044

er bij zijn, zuur zijn, vooral bekend door de operette van H. Bouber, de Jantjes, waarin het couplet:

 
Wordt nooit verliefd, want dan ben je verloren,
 
Je zeilt er in tot allebei je ooren;
 
Wordt nooit verliefd, meiden, wat ik zeg is waar:
 
Als je verliefd wordt, dan ben je de sigaar.

Het Volk, 15 Febr. 1922: Maar toen was de hanedresseur zelf de sigaar; omringd van eenige menschen uit het publiek werd-ie in een doek gevouwen en levend begraven; D.v.S. 20: Je suis le cigare! Gisterenmiddag moest ik bij den C.C. terecht staan wegens 'n vergrijp; Handelsblad, 21 Febr. 1916, p. 5 k. 5 (avondbl.): 't Was een echte Havanna, zei Pietje. Dat zag hij aan de asch. Zijn vader was sigarenmaker. Hij mocht ook een trekje doen. Ik bedoel Pietje. De meester zag het. Toen was ik de sigaar. Hij zei: wee je gebeente als ik je weer zie rooken; Elseviers Maandschr. XXVI, 63: En hoe kan ik naar zee gaan met een pandjesjas en een paraplu? Bovendien als opa, de vice-admiraal er achter komt, ben je de sigaar. Ook in den zin van zijn les niet kennen of een slechte beurt maken komt de sigaar of de sik zijn voor. Syn. is: de klos, de (te) piel, de pik, de pook zijn.

eind2044
Syn. is ook in 't Bargoensch de lul zijn, wat naast piel, pik en pook de richting aanwijst, waarin men de bet. van ‘sigaar’ moet zoeken.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken