Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
(1923-1925)–F.A. Stoett– Auteursrecht onbekend1936. Iemand door een ringetje kunnen halen.Dit wordt gezegd van iemand, die er zeer netjes uitziet, die er uitziet als een goudhaantje (Harreb. I, 254 b), die is, zooals de Franschen zeggen, tiré à quatre épingles. Eig. gebruikt van een fijn doekje, dat men door een ringetje kan trekken (vgl. eng. to pass through a ring; fr. faire passer par une bague); bij overdracht toegepast op personen, die er zeer keurig en fijn uitzien. Zie Brederoo I, 185, vs. 2615: Men wyf het sukke vervaarlicke hempjes, jy soutse deur ien ringetje trecken; Zeven Duivelen regerende en vervoerende de Hedendaagsche Dienst-maagden, t' Amsterdam, 1682, bl. 329: 'k Heb daar zulke schone dassen met kant, en zulke fijne mouwen en lobben, dat men ze door een ringetje zou konnen haalen; C. Wildsch. III, 44: Ik heb gisteren keurlijk en keurlijk luiermandsgoedjen gekocht, 't was uit een Beniste boêl, en ook een doopdekentjen dat men door een ringetjen zou haalen; Esopet, De ontdekte eenhoorn, 4: Zyn hembd kan ik schier door een ringetje trekken, zyn borstrok, zyn hemdrok, allegaar met zilvere knoopen en galonnen van 't fynste lakentje; Harreb. II, 222: Men zou haar door een ringetje halen; O.K. 146; Afrik. jy kan hom deur 'n ring trek; hy kan deur 'n ring spring naast 'n mensch kan hom deur 'n naald trek (Villiers, 84; 105). Synoniem was: er uitzien alsof men uit een koffertje kwam (fri. oft hy ut in kofferke lézen is), dat we lezen bij Van Effen, Spect. VIII, 100; Antw. Idiot. 1832 en Tuerlinckx, 335 alsof men uit een (spanen) | |
[pagina 212]
| |
doosje kwam; in W. Leev. 3, 147: Zoo proper of hy uit zyn vrouws porceleinkas kwam (vandaar uit de kast, in de puntjes); fr. avoir l'air de sortir d'une boîte; eng. to look as if one has just come out of a bandboxGa naar voetnoot1). |
|