Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
(1923-1925)–F.A. Stoett– Auteursrecht onbekend
[pagina 76]
| |
1620. Niet verder zien (of denken) dan zijn neus lang is,d.w.z. weinig doorzicht hebben, gezegd van iemand wiens gezichtskring zich niet verder uitstrekt, dan de lengte van zijn neusGa naar voetnoot1). In de late middeleeuwen komt de uitdr. voor, o.a. bij Barth. 137 b: Item die cleyn kinderkijn en dencken niet verder dan hem die naze lanc is, dat is die dingen die tegenwoerdich sijn. Zie verder Goedthals, 96: Niet voordere dincken, dan den nuese lanck is, il ne luy souvient, que depuis le nes, iusques a la bouche; Campen, 4: hy en siet niet veerre dan hem die noese lanck is; Servilius, 149*: hi en siet nyet verder dan syn nuese lanc en is; enz. Vgl. Vondel's Sprookje van Reyntje de Vos, vs. 43; Baardt, Deugden-Spoor, 85; Coster, 228, vs. 32; Van Effen, Spect. VII, 19; Sewel, 522; Rusting, 591: Kyk wat verder als je neus voor uyt steekt; Harreb. II, 99 a en op vele andere plaatsen; Afrik. hy sien nie verder as sy neus lank is nie. In het hd. zegt men eveneens: er sieht, denkt nicht weiter, als seine Nase reicht oder nur der Nase lang; in het Fransch: il ne voit pas plus loin que (le bout de) son nez; in het Friesch: hy sjocht net fierder as syn noas lang is; Nederd. he kikt ni wieder as sin Nos lank is (Taalgids V, 160); eng. he sees no further than his nose. Voor Zuid-Nederland zie Joos, 79; Waasch Idiot. 457 b; Antw. Idiot. 1442; 1915: niet wijder zien alsdat zijne neus lank is; en vgl. nog de synonieme 17de-eeuwsche uitdr. van zijn neus een anker (of een dregge) maken (vgl. Com. Vet. 2). |
|