1170. Dat gaat me niet in de (koude) kleeren zitten,
d.w.z. dat pakt of tast mijne gezondheid of mijn gevoel aan, dringt door tot in mijn binnenste, mijn hart. Vgl. Asselijn, bl. 208: 't Zyn dingen die niet in de Kleeren gaan sitten, maar aan 't Hart raken; Tuinman I, nal. 25: ‘Het gebruik eigent dit spreekwoord ook toe op iets, dat de ribben vermagert. Men zegt daar van mede, Dat gaat niet in de kleêren zitten, want dat raakt het herte’; Sewel, 393: Dat gaat in de kleeren niet zitten (dat krenkt het lichaam), that does not touch only the skin but the very heart; Harreb. I, 411; Afrik.: dit raak my koue klere nie; M.z.A. 125: Dat verblijf in Indië is mij niet in de kleeren gaan zitten; Slop, 195: Och ie begriept, ziekigheid gaot 'n mensch niet in de kleeren zitten; Nkr. VII, 15 Maart p. 2: Die jarenlange ellende blijft je niet in je kleeren zitten; Sjof. 35: En 't ging je niet in je kleeren zitten, ze voelde zich met den dag slapper worden; Slop, 242: Tien jaartjes (in de gevangenis) gaat je niet in je kouwe kleeren zitten, wat jij? Prikk. V, 28: 't Is ondertusschen een lamme geschiedenis om aan dien jongen te vertellen - zoo iets gaat je niet in je kouwe kleeren zitten; Lev. B. 134. Ook in het Oostfri. dat ferdrêt blift mi nêt in de kolle klêr sitten (Dirksen I, 28).