Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
(1923-1925)–F.A. Stoett– Auteursrecht onbekend1143. Het kind met het badwater weggooien (-werpen),d.w.z. het goede tegelijk met het slechte wegwerpen; te ver gaan, overdrijven; vgl. De Brune, 477: Men zal 't kind niet met 't bad uyt-schudden; Harreb. I, 27: Men moet het kind niet met het bad uitschudden of met het water het kind niet uit de kuip gieten; Handelsbl. 16 Dec. 1913, p. 5 k. 3 (ochtendbl.): Door tot die opheffing over te gaan, en zich slechts tot het aankweeken van Militie-officieren te bepalen, zou men het kind met het waschwater wegwerpen; Nkr. VI, 23 Mrt. p. 2: Men moet nooit het kind met het badwater weggooien; Amsterdammer, 15 Febr. 1914, p. 2 k. 2: Maar op het oogenblik is het socialisme toch het eenige houdbare levens-systeem en ik vind men moet het kind niet met het badwater wegwerpen; De Ploeg, VI, 286: Zooals vaak, heeft men nu ook hier het kind met het waschwater weggeworpen; Handelsblad, 2 Maart 1914 (avondbl.), p. 7 k. 2: Wordt het (publiek) zoodoende niet min of meer het kind van de (onopgeloste) rekening? Een kind dat we toch ongaarne met het spraakwater der discussie zouden weggeworpen zienGa naar voetnoot1); J.v. Looy, Jaapje, 100; Taal en Lett. 1901, bl. 131; hd. das Kind mit dem Bade ausschütten (bij Luther). Tuinman II, 10: Men moet de vloer niet met de vuiligheid uitvagen, dit wil zeggen, dat men zulk eene zuivering van het verwerpelijke niet moet doen, dat ook het goede wordt weggesmeten. Dus zeiden de Hoogduitschen men moet het kind niet uitgieten met het bad, t.w. waar het in afgewasschen is; Harreb. I, 344. |
|