1007. Vette en magere jaren,
d.i. voordeelige en nadeelige jaren, tijden van voorspoed en tegenspoed. ‘Blijkbaar wordt gezinspeeld op de vruchtbare en onvruchtbare jaren in Egypte uit Jozefs geschiedenis, aangeduid door de zeven vette en zeven magere koeien, Genesis 41:18-19’; Zeeman, 295; hd. fette Jahre und magere Jahre; eng. the lean years and the fat years (Prick2, 52).