811. Achter de hand hebben.
Een zeemansuitdrukking ‘toegepast op dat gedeelte van het loopend touwwerk, dat bij het vieren of inhalen achter de hand van den achtersten der vierende of trekkende manschappen op het dek ligt. Vandaar bij overdracht: iets in voorraad hebben tot gebruik bij voorkomende gelegenheid’. In de 18de eeuw voorkomend in Willem Leevend VI, 27; zie verder het Ndl. Wdb. V, 1806-1807; nd. wat achter de Hand hewwen (Reuter, 43); hd. etw. hinter der Hand haben; fri. whet efter 'e hân habbe.