Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
(1923-1925)–F.A. Stoett– Auteursrecht onbekend555. In de es zijn,d.w.z. in orde, in den haak zijn; eene dialectische uitdrukking, die vermeld wordt door Molema, 103: iets in de es holden, in stand, in orde houden; t'is in de es, het is in den haak; wellicht van es, een ijzeren haak, die den vorm eener kapitale S heeft, dus eigenlijk zooveel als: goed aangehaakt; Bergsma, 111: esse, s-vormige haak, schalm in een ketting; in esse houden, in de lisse (lus) houden, in orde houden, in den haak hebben; fri. de saek is yn 'e es, in den haak, in orde; dêr bin 'k wol mei yn 'e es, in mijn schik; Gallée, 11: hi is recht in zîn esse, hij is in zijn schik. Een geheel andere uitdr. is het mnl. in esse houden, in stand houden, 17de eeuw iets in esse laten, in denzelfden staat latenGa naar voetnoot1), waar esse (zijn) de infinitief is van het lat. ww. sum (zie Mnl. Wdb. II. 736); nog heden is dial. bekend in esse brengen of blijven; hd. in seinem Esse (ook uitgesproken Essé) sein, zich in zijn element voelen, zich lekker gevoelen, vroeger ook in seinem Esse erhalten, in stand houdenGa naar voetnoot2). |
|