233. Bitter in den mond maakt 't hart gezond,
d.w.z. een bitter geneesmiddel brengt genezing. In de 16de eeuw is dit spreekwoord aangetroffen bij Goedthals, 65: Bitter in den mont, is therte ghesont, amer a la bouche est au coeur doux; zie verder Idinau, 211; Huyghens, Onwetend Medicijn, vs. 56: Dat bitterst in den mond leidt werckt werckelicst om 't hert; Tuinman II, bl. 25: Bitter in den mond, is 't hert gezond, het wil zeggen, 't geen onaangenaam is voor de tong, pleegt voor de gezondheid heilzaamst te zijn; Halma, 77; Sewel, 119; Harreb. I, 59: Antw. Idiot. 244; Waasch Idiot. 119; Ten Doornk. Koolm. I, 174; hd. bitter im Mund, ist dem Herzen (Magen) gesund oder bitter dem Mund, dem Magen gesund; fr. ce qui est amer à la bouche, est doux au coeur.